Wadestein, Wayestein of Huis te Herwijnen
IN BEWERKING [?]
algemeen | omschrijving | bezits- en bouwgeschiedenis | afbeeldingen, literatuur en documentatie | verdere informatie | terug naar de lijst
Object
Wadestein, Wayestein of Huis te Herwijnen
Wadestein, Wayestein of Huis te Herwijnen
Locatie
Adres: Wadesteinsesteeg in Herwijnen
Herwijnen
Gemeente Gemeente Lingewaal
Provincie Gelderland
Wadestein lag ten westen van het plaatsje Herwijnen in de hoek tussen de Wadesteinsesteeg en de Waaldijk.
Adres: Wadesteinsesteeg in Herwijnen
Herwijnen
Gemeente Gemeente Lingewaal
Provincie Gelderland
Wadestein lag ten westen van het plaatsje Herwijnen in de hoek tussen de Wadesteinsesteeg en de Waaldijk.
Typologie
Mogelijk is Wadestein ontstaan uit een woontoren.
Mogelijk is Wadestein ontstaan uit een woontoren.
Etymologie
Het huis heette tot 1558 Herwijnen, naar het gelijknamige dorp. De naam Wadestein is ontleend aan de ligging aan de 'Wayersteeg', nu Wadesteinsesteeg.
Het huis heette tot 1558 Herwijnen, naar het gelijknamige dorp. De naam Wadestein is ontleend aan de ligging aan de 'Wayersteeg', nu Wadesteinsesteeg.
Huidige situatie
Laatst bijgewerkt: 11-4-2007
Een deel van de buitengracht is nog aanwezig. Bij archeologisch onderzoek zijn ondergronds nog funderingen en opgaand muurwerk aangetroffen. Het is een archeologisch monument.
Laatst bijgewerkt: 11-4-2007
Een deel van de buitengracht is nog aanwezig. Bij archeologisch onderzoek zijn ondergronds nog funderingen en opgaand muurwerk aangetroffen. Het is een archeologisch monument.
Toestand van het middeleeuwse kasteel
Zichtbaar:
Zichtbaar:
Grondgebruik:
Kasteel Wadestein is in 1865 afgebroken. Een deel van de buitengracht is nog aanwezig. Bij archeologisch onderzoek zijn ondergronds nog funderingen en opgaand muurwerk aangetroffen. Het is een archeologisch monument.
Zichtbaar:
Zichtbaar:
Grondgebruik:
Kasteel Wadestein is in 1865 afgebroken. Een deel van de buitengracht is nog aanwezig. Bij archeologisch onderzoek zijn ondergronds nog funderingen en opgaand muurwerk aangetroffen. Het is een archeologisch monument.
Afmetingen
Het kasteel is ontstaan uit een woontoren van 10,2 x 10,2 m met een voorburcht van 39,6 x 44 m.
Het kasteel is ontstaan uit een woontoren van 10,2 x 10,2 m met een voorburcht van 39,6 x 44 m.
Oudste vermelding
Datum: 1415
Bron: Sloet en Martens van Sevenhoven 1924, 474.
In 1415 is er voor het eerste sprake van 'dat huys van Herwinen met sijnen voorborcht', waaraan wordt toegevoegd 'als dat van Brunstijns van Herwinen geweest [...] an d'overste sijde gelegen een gemeene stege, geheyten Wayerstege'. Dit is waarschijnlijk hetzelfde huis dat Bruysten van Herwijnen in 1402 in leen had ontvangen, waarbij het omschreven werd als 'die alde hofstat tot Herwinen met heuren toebehoren'. Dat het in de belening van 1415 om het huis Wadestein gaat, blijkt in 1559, als het omschreven wordt als 'dat huys ende hofstat tot Herwinen, dat heer Bruysten van Herwinen te wesen plagh, nu genoomt Wayenstein' (Sloet en Martens van Sevenhoven 1924, 475). Het is echter mogelijk dat een eerdere belening ook al betrekking heeft op Wadestein. Volgens het leenaktenboek wordt Adelisse van Herwijnen Gijsbertsdr., getrouwd met Dirk Wouters van Tuyl, in 1435 beleend wordt met 'een huys, hoff ende bongert, to Herwinen gelegen op den Laec' (Sloet en Martens van Sevenhoven 1924, 464). Waarschijnlijk is hier een leesfout gemaakt: Adelisse Gijsbertsdr., getrouwd met Dirk, leefde in de veertiende eeuw, en deze belening dateert dus waarschijnlijk uit 1335. Mogelijk heeft deze vermelding ook al betrekking op Wadestein, aangezien de Bruysten die in 1402 beleend wordt met 'de alde hofstad tot Herwinen met heuren toebehoren' de zoon is van Adelisse. Bovendien duidt de omschrijving 'alde' erop dat het huis er waarschijnlijk al geruime tijd stond.
Datum: 1415
Bron: Sloet en Martens van Sevenhoven 1924, 474.
In 1415 is er voor het eerste sprake van 'dat huys van Herwinen met sijnen voorborcht', waaraan wordt toegevoegd 'als dat van Brunstijns van Herwinen geweest [...] an d'overste sijde gelegen een gemeene stege, geheyten Wayerstege'. Dit is waarschijnlijk hetzelfde huis dat Bruysten van Herwijnen in 1402 in leen had ontvangen, waarbij het omschreven werd als 'die alde hofstat tot Herwinen met heuren toebehoren'. Dat het in de belening van 1415 om het huis Wadestein gaat, blijkt in 1559, als het omschreven wordt als 'dat huys ende hofstat tot Herwinen, dat heer Bruysten van Herwinen te wesen plagh, nu genoomt Wayenstein' (Sloet en Martens van Sevenhoven 1924, 475). Het is echter mogelijk dat een eerdere belening ook al betrekking heeft op Wadestein. Volgens het leenaktenboek wordt Adelisse van Herwijnen Gijsbertsdr., getrouwd met Dirk Wouters van Tuyl, in 1435 beleend wordt met 'een huys, hoff ende bongert, to Herwinen gelegen op den Laec' (Sloet en Martens van Sevenhoven 1924, 464). Waarschijnlijk is hier een leesfout gemaakt: Adelisse Gijsbertsdr., getrouwd met Dirk, leefde in de veertiende eeuw, en deze belening dateert dus waarschijnlijk uit 1335. Mogelijk heeft deze vermelding ook al betrekking op Wadestein, aangezien de Bruysten die in 1402 beleend wordt met 'de alde hofstad tot Herwinen met heuren toebehoren' de zoon is van Adelisse. Bovendien duidt de omschrijving 'alde' erop dat het huis er waarschijnlijk al geruime tijd stond.
Bezitsgeschiedenis
Gijsberts dochter Adelisse wordt in 1335 (1435 volgens de leenaktenboeken, maar dit is vermoedelijk een leesfout) beleend met 'een huys, hoff ende bongert, to Herwinen gelegen op den Laec' (d.w.z. een moerassig veld). Waarschijnlijk is het gebouwd door Gijsbert van Herwijnen, die begin 13de eeuw in bezit was van goederen te Herwijnen. Dit kan worden afgeleid uit het formaat van de bakstenen die in de kelder van het (toen nog niet gesloopte) huis aangetroffen zijn, die vermoedelijk uit omstreeks 1300 stammen. Hoewel het niet zeker is dat het hier om Wadestein gaat, lijkt dit niet onwaarschijnlijk. In 1402 erft Bruysten van Herwijnen verschillende goederen van zijn moeder Adelisse, en wordt dan ook beleend met 'die alde hofstat tot Herwinen met heuren toebehoren'. (Bruysten noemde zich Van Herwijnen naar zijn moeder, omdat de Herwijnens van vrije geboorte waren, dit in tegenstelling tot het geslacht van zijn vader, de Van Tuyls, die ministerialen waren.) In 1415 vererft 'dat huys van Herwinen met sijnen voorborcht, als dat Brunstijns van Herwinen geweest, met eenen stuck erffs daert dat huys op ligt' op Otto van Haeften, getrouwd met Bruystens' dochter Adelisse van Herwijnen. Dit is de eerste belening waarvan zeker is dat het om Wadestein gaat. Otto maakt Wadestein bij deze gelegenheid tot een open huis. Het blijft in de familie Van Haeften tot 1558, wanneer het overgedragen wordt aan Maarten van Rossum, neef van de beroemde Maarten van Rossum. Vervolgens komt Wadestein in 1577 in handen van Willem Dankcerts, en daarna in 1590 in die van Herman Losescot. Hij draagt het drie jaar later over aan Johan de Laignier, waarna Wadestein in 1594 vererft op diens zoon Maximiliaan, die het nog dezelfde dag overdraagt aan zijn broer Antony. Deze draagt het in 1622 over aan Herman Brabander, die het acht jaar in bezit heeft. Vervolgens gaat het in 1630 over op Arnt de Bye, waarna het eerst op diens zoon Jacob, en dan op diens dochter Anna vererft. Anna's zoon, Aernt van den Steen erft Wadestein in 1714. Zijn kleinzoon Diederik Gerard van den Steen, die in 1777 het huis erft, is de laatste bezitter die in de leenaktenboeken genoemd wordt. Het huis bleef in de familie Van den Steen tot midden negentiende eeuw. In 1860 werd het te koop aangeboden, en vijf jaar later werd Wadestein grotendeels gesloopt omdat het in zeer slechte staat verkeerde. In 1909 werd de toren gerestaureerd, maar deze raakte weer in verval, en de Tweede Wereldoorlog betekende het einde van het kasteel.
Gijsberts dochter Adelisse wordt in 1335 (1435 volgens de leenaktenboeken, maar dit is vermoedelijk een leesfout) beleend met 'een huys, hoff ende bongert, to Herwinen gelegen op den Laec' (d.w.z. een moerassig veld). Waarschijnlijk is het gebouwd door Gijsbert van Herwijnen, die begin 13de eeuw in bezit was van goederen te Herwijnen. Dit kan worden afgeleid uit het formaat van de bakstenen die in de kelder van het (toen nog niet gesloopte) huis aangetroffen zijn, die vermoedelijk uit omstreeks 1300 stammen. Hoewel het niet zeker is dat het hier om Wadestein gaat, lijkt dit niet onwaarschijnlijk. In 1402 erft Bruysten van Herwijnen verschillende goederen van zijn moeder Adelisse, en wordt dan ook beleend met 'die alde hofstat tot Herwinen met heuren toebehoren'. (Bruysten noemde zich Van Herwijnen naar zijn moeder, omdat de Herwijnens van vrije geboorte waren, dit in tegenstelling tot het geslacht van zijn vader, de Van Tuyls, die ministerialen waren.) In 1415 vererft 'dat huys van Herwinen met sijnen voorborcht, als dat Brunstijns van Herwinen geweest, met eenen stuck erffs daert dat huys op ligt' op Otto van Haeften, getrouwd met Bruystens' dochter Adelisse van Herwijnen. Dit is de eerste belening waarvan zeker is dat het om Wadestein gaat. Otto maakt Wadestein bij deze gelegenheid tot een open huis. Het blijft in de familie Van Haeften tot 1558, wanneer het overgedragen wordt aan Maarten van Rossum, neef van de beroemde Maarten van Rossum. Vervolgens komt Wadestein in 1577 in handen van Willem Dankcerts, en daarna in 1590 in die van Herman Losescot. Hij draagt het drie jaar later over aan Johan de Laignier, waarna Wadestein in 1594 vererft op diens zoon Maximiliaan, die het nog dezelfde dag overdraagt aan zijn broer Antony. Deze draagt het in 1622 over aan Herman Brabander, die het acht jaar in bezit heeft. Vervolgens gaat het in 1630 over op Arnt de Bye, waarna het eerst op diens zoon Jacob, en dan op diens dochter Anna vererft. Anna's zoon, Aernt van den Steen erft Wadestein in 1714. Zijn kleinzoon Diederik Gerard van den Steen, die in 1777 het huis erft, is de laatste bezitter die in de leenaktenboeken genoemd wordt. Het huis bleef in de familie Van den Steen tot midden negentiende eeuw. In 1860 werd het te koop aangeboden, en vijf jaar later werd Wadestein grotendeels gesloopt omdat het in zeer slechte staat verkeerde. In 1909 werd de toren gerestaureerd, maar deze raakte weer in verval, en de Tweede Wereldoorlog betekende het einde van het kasteel.
Bouwgeschiedenis
Het kasteel Wadestein is, afgaande op de bestaande afbeeldingen en de opmeting uit 1865, ontstaan uit een bakstenen woontoren van 10,2 x 10,2 meter (32,5 Rijnlandse voet vierkant) met een baksteenformaat van 29,5 x 16,6 x 6,8 cm. Deze toren, vermoedelijk gebouwd rond 1300, was omgracht en via een brug verbonden met een voorburcht van 39,6 x 44 m. De woontoren was gelegen tegenover de noordoosthoek van de voorburcht.De voorburcht had op de noordwest-, zuidwest- en zuidoosthoek een hoektoren. De noordwestelijke toren bevatte stenen van 29/30 x 14,5/15 x 7,5 cm. Over een eventueel poortgebouw tegenover de woontoren is niets bekend, omdat deze hoek later is overbouwd. De toegang tot de voorburcht bestond uit een eenvoudige poort direct naast de noordwestelijke hoektoren. Afgaande op de kadastrale minuut van 1826 waren de hoofd- en voorburcht omgeven door een tweede gracht.Vermoedelijk rond 1600 is op de noordoosthoek van de voorburcht een woongebouw gebouwd, dat uitstak ten opzichte van de noordmuur van de voorburcht. Dit gebouw werd via een gang over een smal overkluisd grachtje verbonden met de woontoren. Volgens de afbeeldingen uit de 18de eeuw was het woongebouw een gebouw van twee bouwlagen onder een zadeldak tussen trapgevels. De ingangspartij was naar voren uitgebouwd en eindigde in een aangekapt zadeldak.Op een niet gedateerd schilderij heeft de muur rondom de voorburcht nog zijn volle hoogte met kantelen, op een topografische tekening uit circa 1730 al niet meer. Dan zijn ook de twee zuidelijke hoektorens verlaagd. Op een tekening van Pronk uit circa 1730 is de zuidoostelijke hoektoren achthoekig. Of dit oorspronkelijk is, is niet bekend. De opmeting geeft een ronde open hoektoren weer. Omdat de twee opmetingstekeningen niet geheel overeenkomen met de werkelijke situatie, (zo wordt de woontoren in het verlengde van het woongebouw geplaatst, terwijl hij er in werkelijkheid schuin voor staat) is het denkbaar dat zij ook niet correct zijn waar het de twee zuidelijke hoektorens van de voorburcht betreft en dat Pronk dus de juiste weergave geeft.Het kasteel is in 1865 gesloopt op de noordwestelijke ronde toren en de daar tegenaan gebouwde stal op de voorburcht na. De stal is in 1908 ingestort en niet herbouwd. De ronde toren is in 1944 door de Duitsers opgeblazen. De ruïne is na de oorlog afgebroken en de binnengrachten, of wat daar van over was, zijn gedempt.
Het kasteel Wadestein is, afgaande op de bestaande afbeeldingen en de opmeting uit 1865, ontstaan uit een bakstenen woontoren van 10,2 x 10,2 meter (32,5 Rijnlandse voet vierkant) met een baksteenformaat van 29,5 x 16,6 x 6,8 cm. Deze toren, vermoedelijk gebouwd rond 1300, was omgracht en via een brug verbonden met een voorburcht van 39,6 x 44 m. De woontoren was gelegen tegenover de noordoosthoek van de voorburcht.De voorburcht had op de noordwest-, zuidwest- en zuidoosthoek een hoektoren. De noordwestelijke toren bevatte stenen van 29/30 x 14,5/15 x 7,5 cm. Over een eventueel poortgebouw tegenover de woontoren is niets bekend, omdat deze hoek later is overbouwd. De toegang tot de voorburcht bestond uit een eenvoudige poort direct naast de noordwestelijke hoektoren. Afgaande op de kadastrale minuut van 1826 waren de hoofd- en voorburcht omgeven door een tweede gracht.Vermoedelijk rond 1600 is op de noordoosthoek van de voorburcht een woongebouw gebouwd, dat uitstak ten opzichte van de noordmuur van de voorburcht. Dit gebouw werd via een gang over een smal overkluisd grachtje verbonden met de woontoren. Volgens de afbeeldingen uit de 18de eeuw was het woongebouw een gebouw van twee bouwlagen onder een zadeldak tussen trapgevels. De ingangspartij was naar voren uitgebouwd en eindigde in een aangekapt zadeldak.Op een niet gedateerd schilderij heeft de muur rondom de voorburcht nog zijn volle hoogte met kantelen, op een topografische tekening uit circa 1730 al niet meer. Dan zijn ook de twee zuidelijke hoektorens verlaagd. Op een tekening van Pronk uit circa 1730 is de zuidoostelijke hoektoren achthoekig. Of dit oorspronkelijk is, is niet bekend. De opmeting geeft een ronde open hoektoren weer. Omdat de twee opmetingstekeningen niet geheel overeenkomen met de werkelijke situatie, (zo wordt de woontoren in het verlengde van het woongebouw geplaatst, terwijl hij er in werkelijkheid schuin voor staat) is het denkbaar dat zij ook niet correct zijn waar het de twee zuidelijke hoektorens van de voorburcht betreft en dat Pronk dus de juiste weergave geeft.Het kasteel is in 1865 gesloopt op de noordwestelijke ronde toren en de daar tegenaan gebouwde stal op de voorburcht na. De stal is in 1908 ingestort en niet herbouwd. De ronde toren is in 1944 door de Duitsers opgeblazen. De ruïne is na de oorlog afgebroken en de binnengrachten, of wat daar van over was, zijn gedempt.
Afbeeldingen
- Wadestein afgebeeld op een kaart van de Waal tussen Hellouw en de Dalemse Zeiving, 1632 (Bijl 1992, 63).- Herwijnen, met Wadestein, op een kaart uit 1699. (Bijl 1992, 79).- Wadestein gezien vanuit het zuidwesten, tekening door C. Pronk, ca. 1730, Historisch Museum Arnhem (voorheen Gemeentemuseum Arnhem). (Bijl 1992, 33, Bijl 2003, 242, Schiferli 2005, 9).- Twee tekeningen van Wadestein gezien van uit het zuidwesten, door Eyck, heer van Zuilichem, 1838 (Bijl 1992, 34 en 47).- Schilderij van Wadestein, anoniem, jaartal onbekend. (Bijl 1992, 55). - Wadestein op de kadastrale minuut, kadastrale gemeente Herwijnen, sectie E, blad 2, 1829. - Vogelvluchtkaart van Wadestein vlak voor de sloop in 1865. (Bijl 1992, 97, Hoefer 1910, t.o. 333, Schiferli 2005, 13)- Plattegrond van de kelders van kasteel Wadestein, P. Mensert, 1865. RCE, inv.nr. BT-020002 (Vermeulen 1946, 346; Hoefer 1910, na 334, Schiferli 2005, 14)- Plattegrond van de begane grond van kasteel Wadestein, P. Mensert, 1865. RCE, inv.nr. BT-021408 (Vermeulen 1946, 345; Hoefer, na blz. 334; Schiferli 2005, 14). - Wadestein aan het begin van de twintigste eeuw, foto (ansichtkaart?). (Bijl 2003, 247)- Foto van de ruïne van de ronde toren van Wadestein (Vermeulen 1946, 344). - Resultaten van het boor- en weerstandsonderzoek op het kasteelterrein van Wadestein 2005 (Schiferli 2005, 18)
- Wadestein afgebeeld op een kaart van de Waal tussen Hellouw en de Dalemse Zeiving, 1632 (Bijl 1992, 63).- Herwijnen, met Wadestein, op een kaart uit 1699. (Bijl 1992, 79).- Wadestein gezien vanuit het zuidwesten, tekening door C. Pronk, ca. 1730, Historisch Museum Arnhem (voorheen Gemeentemuseum Arnhem). (Bijl 1992, 33, Bijl 2003, 242, Schiferli 2005, 9).- Twee tekeningen van Wadestein gezien van uit het zuidwesten, door Eyck, heer van Zuilichem, 1838 (Bijl 1992, 34 en 47).- Schilderij van Wadestein, anoniem, jaartal onbekend. (Bijl 1992, 55). - Wadestein op de kadastrale minuut, kadastrale gemeente Herwijnen, sectie E, blad 2, 1829. - Vogelvluchtkaart van Wadestein vlak voor de sloop in 1865. (Bijl 1992, 97, Hoefer 1910, t.o. 333, Schiferli 2005, 13)- Plattegrond van de kelders van kasteel Wadestein, P. Mensert, 1865. RCE, inv.nr. BT-020002 (Vermeulen 1946, 346; Hoefer 1910, na 334, Schiferli 2005, 14)- Plattegrond van de begane grond van kasteel Wadestein, P. Mensert, 1865. RCE, inv.nr. BT-021408 (Vermeulen 1946, 345; Hoefer, na blz. 334; Schiferli 2005, 14). - Wadestein aan het begin van de twintigste eeuw, foto (ansichtkaart?). (Bijl 2003, 247)- Foto van de ruïne van de ronde toren van Wadestein (Vermeulen 1946, 344). - Resultaten van het boor- en weerstandsonderzoek op het kasteelterrein van Wadestein 2005 (Schiferli 2005, 18)
Bronnen
Literatuur
- Bijl, A., 1992, Over heren, weiden en kastelen. Een geschiedenis van Herwijnen van prehistorie tot heden, Vuren. - Bijl, A., 2003. 'De vier kastelen van Herwijnen', in: Terugblik. De Betuwe op slot. Jaarboek Tabula Batavorum nr. 4 (2003). Opheusden, 241-148.- Eyck van Zuilichem, F.N.M., 1872, 'Wadestein, Geldersche Volksalmanak, 88-?.- Hoefer, F.A., en J.S. van Veen, 1910, 'Het huis Wadestein of Wayestein', Bijdragen en mededelingen Vereniging Gelre, deel 13, 333-339.- N.N., 1959, 'Het voormalige kasteel Wadestein te Herwijnen', Cobouw 18 december 1959 (documentatiemap Wadestein, Nederlandse Kastelenstichting).- Roode, F. de, 2008, Archeologische monumentenzorg in de gemeente Lingewaal. archeologische sporen in een groene parel. Deel1: Beleidsnota archeologische monumentenzorg, 115. - Schiferli, R., 2005, Kasteelterrein Wadenstein, gemeente Lingewaal; archeologisch vooronderzoek: een bureau-, geofysisch-, en booronderzoek. RAAP-rapport 1181. Amsterdam. - Sloet, J.J.S., en A.H. Martens van Sevenhoven, 1924, Register op de leenaktenboeken van het vorstendom Gelre en graafschap Zutphen. Het Kwartier van Nijmegen, Arnhem. - Vermeulen, F.A.J., 1946, De Nederlandse monumenten van geschiedenis en kunst dl. 3, dl. I De monumenten van geschiedenis en kunst in de provincie Gelderland, st. 1 De monumenten in de Bommeler- en de Tielerwaard, afl. 2. 's-Gravenhage, 344-346.
- Bijl, A., 1992, Over heren, weiden en kastelen. Een geschiedenis van Herwijnen van prehistorie tot heden, Vuren. - Bijl, A., 2003. 'De vier kastelen van Herwijnen', in: Terugblik. De Betuwe op slot. Jaarboek Tabula Batavorum nr. 4 (2003). Opheusden, 241-148.- Eyck van Zuilichem, F.N.M., 1872, 'Wadestein, Geldersche Volksalmanak, 88-?.- Hoefer, F.A., en J.S. van Veen, 1910, 'Het huis Wadestein of Wayestein', Bijdragen en mededelingen Vereniging Gelre, deel 13, 333-339.- N.N., 1959, 'Het voormalige kasteel Wadestein te Herwijnen', Cobouw 18 december 1959 (documentatiemap Wadestein, Nederlandse Kastelenstichting).- Roode, F. de, 2008, Archeologische monumentenzorg in de gemeente Lingewaal. archeologische sporen in een groene parel. Deel1: Beleidsnota archeologische monumentenzorg, 115. - Schiferli, R., 2005, Kasteelterrein Wadenstein, gemeente Lingewaal; archeologisch vooronderzoek: een bureau-, geofysisch-, en booronderzoek. RAAP-rapport 1181. Amsterdam. - Sloet, J.J.S., en A.H. Martens van Sevenhoven, 1924, Register op de leenaktenboeken van het vorstendom Gelre en graafschap Zutphen. Het Kwartier van Nijmegen, Arnhem. - Vermeulen, F.A.J., 1946, De Nederlandse monumenten van geschiedenis en kunst dl. 3, dl. I De monumenten van geschiedenis en kunst in de provincie Gelderland, st. 1 De monumenten in de Bommeler- en de Tielerwaard, afl. 2. 's-Gravenhage, 344-346.
Documentatie
Bescherming gebouw
Status:
Status:
Bescherming terrein
Status:
Status:
Bestemming
Bestemmingsplan:
Bestemming:
Bestemmingsplan:
Bestemming:
Auteur en datum
Auteur: T. Hermans en M.D. Saan
Beschrijving gemaakt: 11-4-2007
Auteur: T. Hermans en M.D. Saan
Beschrijving gemaakt: 11-4-2007
Bouwhistorisch onderzoek RCE
Archeologisch onderzoek RCE
1981, archeologisch onderzoek.
1981, archeologisch onderzoek.
Overig onderzoek
RAAP 2005: archeologisch vooronderzoek: bureau-onderzoek, booronderzoek, weerstandsmetingen.
RAAP 2005: archeologisch vooronderzoek: bureau-onderzoek, booronderzoek, weerstandsmetingen.
Geomorfologische codering
Bodemkundige codering
Basisregistratie - er zijn in ieder geval gegevens over naam en locatie van het object, en verwijzingen naar de beschikbare afbeeldingen, literatuur, documentatie en bronnen. Aan de hand van deze informatie kan eenieder die geïnteresseerd is zich gaan verdiepen in het desbetreffende kasteel. Het is de bedoeling dat deze basisregistratie-beschrijvingen in de toekomst tot volwaardige beschrijvingen worden uitgebreid.
In bewerking - de beschrijvingen zijn veelal voorzien van meer uitgebreide informatie over de geschiedenis en bouwgeschiedenis van het kasteel. Deze beschrijvingen zijn echter nog niet door de wetenschappelijke redactie van het Kastelenlexicon gezien, of moeten nog bijgewerkt worden naar aanleiding van redactie-opmerkingen.
Volledig - deze beschrijvingen zijn door de redactie gezien en goedgekeurd.
In bewerking - de beschrijvingen zijn veelal voorzien van meer uitgebreide informatie over de geschiedenis en bouwgeschiedenis van het kasteel. Deze beschrijvingen zijn echter nog niet door de wetenschappelijke redactie van het Kastelenlexicon gezien, of moeten nog bijgewerkt worden naar aanleiding van redactie-opmerkingen.
Volledig - deze beschrijvingen zijn door de redactie gezien en goedgekeurd.