Wildenborch, Huis De
IN BEWERKING [?]
algemeen | omschrijving | bezits- en bouwgeschiedenis | afbeeldingen, literatuur en documentatie | verdere informatie | terug naar de lijst
Object
Wildenborch, Huis De
Wildenborch, Huis De
Locatie
Adres: Wildenborchseweg 20, 7251 KG Kranenburg
Kranenburg
Gemeente gemeente Vorden
Provincie Gelderland
De Wildenborch ligt ten noordoosten van Kranenborg, ongeveer halverwege tussen Vorden en Lochem in een gebied, dat vroeger zeer moerassig was.
Adres: Wildenborchseweg 20, 7251 KG Kranenburg
Kranenburg
Gemeente gemeente Vorden
Provincie Gelderland
De Wildenborch ligt ten noordoosten van Kranenborg, ongeveer halverwege tussen Vorden en Lochem in een gebied, dat vroeger zeer moerassig was.
Typologie
De plattegrond van de middeleeuwse voorganger van de Wildenborch is niet bekend. Hierdoor valt de typologie van dat kasteel moeilijk vast te stellen.
De plattegrond van de middeleeuwse voorganger van de Wildenborch is niet bekend. Hierdoor valt de typologie van dat kasteel moeilijk vast te stellen.
Etymologie
De naam 'Wildenborch' heeft een burchtelement in de naam, namelijk 'borch'. Dit geeft aan dat het object ten tijde van de naamgeving een verdedigbaar kasteel was. Een beschrijving uit 1519 vermeldt 'Het huys ter Wildenborch, van alts geheiten id Berchvrede int Seck.' Deze laatste naam verwijst naar de moerassige omgeving rond het kasteel, die men aanduidde met 'het Sect'. Ook het onderdeel 'Berchvrede' wijst op een verdedigbaar kasteel.
De naam 'Wildenborch' heeft een burchtelement in de naam, namelijk 'borch'. Dit geeft aan dat het object ten tijde van de naamgeving een verdedigbaar kasteel was. Een beschrijving uit 1519 vermeldt 'Het huys ter Wildenborch, van alts geheiten id Berchvrede int Seck.' Deze laatste naam verwijst naar de moerassige omgeving rond het kasteel, die men aanduidde met 'het Sect'. Ook het onderdeel 'Berchvrede' wijst op een verdedigbaar kasteel.
Huidige situatie
Het huidige Wildenborch bestaat uit een toren in het midden, waarvan de kern het restant is van de zestiende-eeuwse verdedigbare voorpoort van het oude kasteel. De noordzijde van de toren maakt deel uit van de voorgevel van het huis. Aan weerszijden van de toren bevinden zich twee vleugels uit de achttiende eeuw. Aan de zuidzijde van de toren bevindt zich een achthoekige aanbouw, die dateert uit 1847. In het park rond het huis staan meerdere tuinbeelden uit de zeventiende en achttiende eeuw. Het bouwhuis in het park dateert uit de negentiende eeuw.
Het huidige Wildenborch bestaat uit een toren in het midden, waarvan de kern het restant is van de zestiende-eeuwse verdedigbare voorpoort van het oude kasteel. De noordzijde van de toren maakt deel uit van de voorgevel van het huis. Aan weerszijden van de toren bevinden zich twee vleugels uit de achttiende eeuw. Aan de zuidzijde van de toren bevindt zich een achthoekige aanbouw, die dateert uit 1847. In het park rond het huis staan meerdere tuinbeelden uit de zeventiende en achttiende eeuw. Het bouwhuis in het park dateert uit de negentiende eeuw.
Toestand van het middeleeuwse kasteel
Zichtbaar:
Grondgebruik:
Het huidige Wildenborch bestaat uit een toren in het midden, waarvan de kern het restant is van de zestiende-eeuwse verdedigbare voorpoort van het oude kasteel. Enkel de kelder met twee vakken met ribloze kruisgewelven en de eerste verdieping van dit middendeel dateren nog uit de eerste helft van de zestiende eeuw. Ook de ruimte voor de kelder dateert mogelijk nog uit de zestiende eeuw. De vleugels aan weerszijden van de toren dateren uit de achttiende eeuw. De achthoekige aanbouw aan de zuidzijde van de toren is ook niet middeleeuws, maar is gebouwd in 1847.
Zichtbaar:
Grondgebruik:
Het huidige Wildenborch bestaat uit een toren in het midden, waarvan de kern het restant is van de zestiende-eeuwse verdedigbare voorpoort van het oude kasteel. Enkel de kelder met twee vakken met ribloze kruisgewelven en de eerste verdieping van dit middendeel dateren nog uit de eerste helft van de zestiende eeuw. Ook de ruimte voor de kelder dateert mogelijk nog uit de zestiende eeuw. De vleugels aan weerszijden van de toren dateren uit de achttiende eeuw. De achthoekige aanbouw aan de zuidzijde van de toren is ook niet middeleeuws, maar is gebouwd in 1847.
Afmetingen
De afmetingen van het middeleeuwse huis zijn onbekend.
De afmetingen van het middeleeuwse huis zijn onbekend.
Oudste vermelding
Datum: 1372
Bron:
"'Hues ende goeden ter Wildenborch'"
In 1372 was de Wildenborch in het bezit van de roofridder Sweder Rodebaert van Wisch: 'Sweder Royebaert met den Hues ende goeden ter Wildenborch' (Ter Kuile 1958, p. 155).
Datum: 1372
Bron:
"'Hues ende goeden ter Wildenborch'"
In 1372 was de Wildenborch in het bezit van de roofridder Sweder Rodebaert van Wisch: 'Sweder Royebaert met den Hues ende goeden ter Wildenborch' (Ter Kuile 1958, p. 155).
Bezitsgeschiedenis
De oudst bekende eigenaar van de Wildenborch was de roofridder Sweder Rodebaert van Wisch. Hij overleed in 1410. De oudste leenacte dateert uit 1449. Tussen 1506 en 1508 belegerden de hertog van Gelre en de stad Zutphen de Wildenborch diverse malen. Op deze manier hoopten zij een einde te maken aan de strooptochten van Johan. In 1512 schikte Johan van Wisch zich in zijn lot en hij verklaarde het kasteel uiteindelijk tot een open huis voor de hertog van Gelre. Joachim van Wisch, een kleinzoon van de hierboven genoemde Johan, had net als zijn grootvader een slechte band met de hertog van Gelre. Deze legde vanaf 1523 dan ook een vaste bezetting op het kasteel de Wildenborch. In 1541 overleed Joachim. Hiermee stierf het geslacht Wisch in mannelijke lijn uit. Joachims zuster, Ermgard erfde het kasteel. Zij was getrouwd met George van Limburg- Stirum, die in 1552 overleed. Ermgard steunde Philips II na het uitbreken van de tachtigjarige oorlog en dit bracht haar in de problemen. De Staten van Gelderland namen haar bezittingen in Gelderland in beslag. Op de Wildenborch werden vervolgens staatsgezinde troepen gelegerd. Na Ermgards dood in 1583 werd haar oudste kleinzoon Joost erfgenaam. Hij wist de Wildenborch terug te krijgen, maar hij mocht het niet ter beschikking stellen voor activiteiten die de staatsgezinden zouden kunnen schaden. In 1661 erfde zijn kleindochter Maria Magdalena de Wildenborch van haar vader George Ernst van Wisch. Zij was de echtgenote van Hendrik van Nassau-Siegen. In 1665 werd het kasteel bezet door troepen van de bisschop van Munster, Christoph Bernhard van Galen. Hierna raakte het kasteel in verval. Maria Magdalena verkocht de Wildenborch waarschijnlijk daarom in 1700 samen met de heerlijkheid Lichtenvoorde aan Frederik van Heyden. Hij liet het na aan zijn broer, generaal Johann Sigismund van Heyden. Enige tijd na diens dood volgde een openbare verkoop. Op deze veiling in 1757 kochten François en Mathieu Soiron het landgoed. Zij verkochten de Wildenborch in 1768 aan kolonel Albert Dominicus van Limburg-Stirum. Zijn vrouw en kinderen verkochten het landgoed met kasteel in 1780 aan kapitein ter zee Damiaan Hugo Staring en zijn echgenote Sophia Wijnanda VerHuell. Na de dood van hun zoon Anthony Christiaan Wynand Staring in 1840 erfde diens kleinzoon, mr. Jan Isaac Brants, het huisperceel. Door aankoop en ruil van andere bezittingen wist hij circa 450 hectare van de oorspronkelijke 600 hectare weer bij elkaar te krijgen. In1907 viel het landgoed uiteen, toen het in delen werd verkocht. E.R.E. Brants wist bij de verkoop het huisperceel te bemachtigen. Bij zijn dood in 1924 liet hij het landgoed weer enigszins verenigd achter. Er volgde weer een verkoop. Na een aantal verkopen kwam het landgoed uiteindelijk in handen van het echtpaar Staring-de Mol van Otterlo in 1931. In 1976 werd het landgoed ondergebracht in een stichting van die familie.
De oudst bekende eigenaar van de Wildenborch was de roofridder Sweder Rodebaert van Wisch. Hij overleed in 1410. De oudste leenacte dateert uit 1449. Tussen 1506 en 1508 belegerden de hertog van Gelre en de stad Zutphen de Wildenborch diverse malen. Op deze manier hoopten zij een einde te maken aan de strooptochten van Johan. In 1512 schikte Johan van Wisch zich in zijn lot en hij verklaarde het kasteel uiteindelijk tot een open huis voor de hertog van Gelre. Joachim van Wisch, een kleinzoon van de hierboven genoemde Johan, had net als zijn grootvader een slechte band met de hertog van Gelre. Deze legde vanaf 1523 dan ook een vaste bezetting op het kasteel de Wildenborch. In 1541 overleed Joachim. Hiermee stierf het geslacht Wisch in mannelijke lijn uit. Joachims zuster, Ermgard erfde het kasteel. Zij was getrouwd met George van Limburg- Stirum, die in 1552 overleed. Ermgard steunde Philips II na het uitbreken van de tachtigjarige oorlog en dit bracht haar in de problemen. De Staten van Gelderland namen haar bezittingen in Gelderland in beslag. Op de Wildenborch werden vervolgens staatsgezinde troepen gelegerd. Na Ermgards dood in 1583 werd haar oudste kleinzoon Joost erfgenaam. Hij wist de Wildenborch terug te krijgen, maar hij mocht het niet ter beschikking stellen voor activiteiten die de staatsgezinden zouden kunnen schaden. In 1661 erfde zijn kleindochter Maria Magdalena de Wildenborch van haar vader George Ernst van Wisch. Zij was de echtgenote van Hendrik van Nassau-Siegen. In 1665 werd het kasteel bezet door troepen van de bisschop van Munster, Christoph Bernhard van Galen. Hierna raakte het kasteel in verval. Maria Magdalena verkocht de Wildenborch waarschijnlijk daarom in 1700 samen met de heerlijkheid Lichtenvoorde aan Frederik van Heyden. Hij liet het na aan zijn broer, generaal Johann Sigismund van Heyden. Enige tijd na diens dood volgde een openbare verkoop. Op deze veiling in 1757 kochten François en Mathieu Soiron het landgoed. Zij verkochten de Wildenborch in 1768 aan kolonel Albert Dominicus van Limburg-Stirum. Zijn vrouw en kinderen verkochten het landgoed met kasteel in 1780 aan kapitein ter zee Damiaan Hugo Staring en zijn echgenote Sophia Wijnanda VerHuell. Na de dood van hun zoon Anthony Christiaan Wynand Staring in 1840 erfde diens kleinzoon, mr. Jan Isaac Brants, het huisperceel. Door aankoop en ruil van andere bezittingen wist hij circa 450 hectare van de oorspronkelijke 600 hectare weer bij elkaar te krijgen. In1907 viel het landgoed uiteen, toen het in delen werd verkocht. E.R.E. Brants wist bij de verkoop het huisperceel te bemachtigen. Bij zijn dood in 1924 liet hij het landgoed weer enigszins verenigd achter. Er volgde weer een verkoop. Na een aantal verkopen kwam het landgoed uiteindelijk in handen van het echtpaar Staring-de Mol van Otterlo in 1931. In 1976 werd het landgoed ondergebracht in een stichting van die familie.
Historische betekenis
...
...
Bouwgeschiedenis
Grotendeels onttleend aan Scholte Lubberink 2004:
De Wildenborch wordt voor het eerst vermeld in 1372 wanneer het in bezit is van roofridder Sweder van Wisch. Het is niet bekend wanneer de Wildenborch is gebouwd. In 1490 wordt het kasteel belegerd door een leger van de stad Deventer als reactie op rooftochten van de heer van de Wildenborch. Het kasteel wordt zwaar beschadigd, maar niet ingenomen. In de jaren 1506-1508 wordt het kasteel 3 keer tevergeefs belegerd door Hertog Karel van Gelre en de stad Zutphen. Door de hertog worden ten behoeve van de belegering twee blokhuizen gebouwd. De toponiemen ‘Blokhuis’ en ‘Dodenkamp’ herinneren nog aan deze belegeringen. Mogelijk zijn in of bij de boerderij het ‘Blokhuis’ (aan de Kapelweg ten westen van het onderzoeksgebied) nog resten van het oorspronkelijke blokhuis te vinden. In 1512 wordt vermeld dat het kasteel omgeven was door (met palissaden versterkte) wallen. Uit rentmeestersposten blijkt dat er 3 poorten en 4 bruggen waren. Ook wordt melding gemaakt van een ‘borchvrede’. Mogelijk gaat het om het oudste deel van de Wildenborch: een vrijstaande toren. Een bouwhuis, twee stallen, een bakhuis, een brouwhuis, een molen buiten omwalling en een herberg maakten ook deel uit van het kasteelcomplex. In 1512 onderwerpt Johan van Wisch, heer van de Wildenborch, zich aan de Hertog van Gelre. De Wildenborch wordt daarop tot open huis voor de hertog verklaard. Om Joachim (zoon van Johan van Wisch) in te tomen, plaatst de hertog in 1523 een permanente militaire bezetting op het kasteel. Kort na 1523 worden de bestaande vestingwerken rondom het kasteel, met uitzondering van de voorpoort, ontmanteld. Waarschijnlijk werden de vestingwerken op dat moment aangepast aan de eisen van de tijd. Ze moesten namelijk meer en zwaarder geschut kunnen weerstaan. Sweder van Kervenheim kreeg toestemming van de hertog om het bij de ontmanteling vrijgekomen afbraakpuin te gebruiken voor de bouw van zijn kasteel De Cloese te Lochem. Ondanks deze sloopwerkzaamheden bleef het kasteel een sterkte van betekenis, want in 1592 en 1598 worden in de Staten van Gelderland plannen gemaakt voor de ontmanteling van het kasteel. In 1604 wordt echter door de Staten aan de eigenaar van de Wildenborch toestemming verleend voor het herstellen van de borstwering. Vanwege een juridisch geschil werden in 1564 schetskaarten van het kasteel en omgeving vervaardigd. Voor het doel van het proces was een nauwkeurige weergave van het kasteel zelf niet noodzakelijk. Het ‘kasteel’ wordt afgebeeld als een omwald vierkant complex met op de vier hoeken rondelen. Aan de noordzijde bevind zich in de omwalling een poortgebouw met twee ronde torens. Op de beide kaarten is binnen de omwalling geen kasteel of groot gebouw afgebeeld. Wel worden op of tegen de wallen enkele gebouwtjes afgebeeld. Van het kasteel bestaat ook een kopie uit de 19e eeuw van een kaart van Van Geelkercken uit circa 1650. Deze kaart geeft min of meer dezelfde situatie weer als de proceskaarten. Op de kaart van Van Geelkercken wordt echter ook het kasteel, binnen de omwalling, afgebeeld. Het betreft een rechthoekig gebouw zonder torens. In 1665 wordt het kasteel bezet door troepen van de Bisschop van Munster. Hierna raakt het kasteel in verval. Als het kasteel in 1757 openbaar wordt verkocht, wordt nog slechts gesproken van een ‘rentmeesterswoning’ (het oude poortgebouw uit de 16e eeuw). Het gehele complex is dan gesloopt, op een deel van het poortgebouw na. In 1782 wordt aan weerszijden van het oude, poortgebouw (poorttoren?) uit de 15e eeuw een woonvleugel gebouwd en wordt het poortgebouw verbouwd tot ingangspartij. In 1847 wordt het oude poortgebouw omgebouwd tot een Neo-Romaanse ronde toren en wordt aan de achterzijde van deze toren een tuinkamer gebouwd. In 1931 werd de oostvleugel verlengd om hier dienstruimten in onder te brengen. Van het middeleeuwse kasteel resten tegenwoordig (onder de Neo-Romaanse toren) nog de kelders met ribloze kruisgewelven uit de 16e eeuw. In de vestibule geeft een spiltrap toegang tot de kelder en de eerste verdieping. Deze trap is een restant van een achtkantige traptoren.
Grotendeels onttleend aan Scholte Lubberink 2004:
De Wildenborch wordt voor het eerst vermeld in 1372 wanneer het in bezit is van roofridder Sweder van Wisch. Het is niet bekend wanneer de Wildenborch is gebouwd. In 1490 wordt het kasteel belegerd door een leger van de stad Deventer als reactie op rooftochten van de heer van de Wildenborch. Het kasteel wordt zwaar beschadigd, maar niet ingenomen. In de jaren 1506-1508 wordt het kasteel 3 keer tevergeefs belegerd door Hertog Karel van Gelre en de stad Zutphen. Door de hertog worden ten behoeve van de belegering twee blokhuizen gebouwd. De toponiemen ‘Blokhuis’ en ‘Dodenkamp’ herinneren nog aan deze belegeringen. Mogelijk zijn in of bij de boerderij het ‘Blokhuis’ (aan de Kapelweg ten westen van het onderzoeksgebied) nog resten van het oorspronkelijke blokhuis te vinden. In 1512 wordt vermeld dat het kasteel omgeven was door (met palissaden versterkte) wallen. Uit rentmeestersposten blijkt dat er 3 poorten en 4 bruggen waren. Ook wordt melding gemaakt van een ‘borchvrede’. Mogelijk gaat het om het oudste deel van de Wildenborch: een vrijstaande toren. Een bouwhuis, twee stallen, een bakhuis, een brouwhuis, een molen buiten omwalling en een herberg maakten ook deel uit van het kasteelcomplex. In 1512 onderwerpt Johan van Wisch, heer van de Wildenborch, zich aan de Hertog van Gelre. De Wildenborch wordt daarop tot open huis voor de hertog verklaard. Om Joachim (zoon van Johan van Wisch) in te tomen, plaatst de hertog in 1523 een permanente militaire bezetting op het kasteel. Kort na 1523 worden de bestaande vestingwerken rondom het kasteel, met uitzondering van de voorpoort, ontmanteld. Waarschijnlijk werden de vestingwerken op dat moment aangepast aan de eisen van de tijd. Ze moesten namelijk meer en zwaarder geschut kunnen weerstaan. Sweder van Kervenheim kreeg toestemming van de hertog om het bij de ontmanteling vrijgekomen afbraakpuin te gebruiken voor de bouw van zijn kasteel De Cloese te Lochem. Ondanks deze sloopwerkzaamheden bleef het kasteel een sterkte van betekenis, want in 1592 en 1598 worden in de Staten van Gelderland plannen gemaakt voor de ontmanteling van het kasteel. In 1604 wordt echter door de Staten aan de eigenaar van de Wildenborch toestemming verleend voor het herstellen van de borstwering. Vanwege een juridisch geschil werden in 1564 schetskaarten van het kasteel en omgeving vervaardigd. Voor het doel van het proces was een nauwkeurige weergave van het kasteel zelf niet noodzakelijk. Het ‘kasteel’ wordt afgebeeld als een omwald vierkant complex met op de vier hoeken rondelen. Aan de noordzijde bevind zich in de omwalling een poortgebouw met twee ronde torens. Op de beide kaarten is binnen de omwalling geen kasteel of groot gebouw afgebeeld. Wel worden op of tegen de wallen enkele gebouwtjes afgebeeld. Van het kasteel bestaat ook een kopie uit de 19e eeuw van een kaart van Van Geelkercken uit circa 1650. Deze kaart geeft min of meer dezelfde situatie weer als de proceskaarten. Op de kaart van Van Geelkercken wordt echter ook het kasteel, binnen de omwalling, afgebeeld. Het betreft een rechthoekig gebouw zonder torens. In 1665 wordt het kasteel bezet door troepen van de Bisschop van Munster. Hierna raakt het kasteel in verval. Als het kasteel in 1757 openbaar wordt verkocht, wordt nog slechts gesproken van een ‘rentmeesterswoning’ (het oude poortgebouw uit de 16e eeuw). Het gehele complex is dan gesloopt, op een deel van het poortgebouw na. In 1782 wordt aan weerszijden van het oude, poortgebouw (poorttoren?) uit de 15e eeuw een woonvleugel gebouwd en wordt het poortgebouw verbouwd tot ingangspartij. In 1847 wordt het oude poortgebouw omgebouwd tot een Neo-Romaanse ronde toren en wordt aan de achterzijde van deze toren een tuinkamer gebouwd. In 1931 werd de oostvleugel verlengd om hier dienstruimten in onder te brengen. Van het middeleeuwse kasteel resten tegenwoordig (onder de Neo-Romaanse toren) nog de kelders met ribloze kruisgewelven uit de 16e eeuw. In de vestibule geeft een spiltrap toegang tot de kelder en de eerste verdieping. Deze trap is een restant van een achtkantige traptoren.
Afbeeldingen
-De Wildenborch in de zeventiende eeuw. Gravure in de Geldersche Volksalmanak uit 1838, p. 167. De gravure is gemaakt naar een verloren gegane tekening, die door Nicolaas van Geelkerken is gemaakt in de zeventiende eeuw (Eliëns en Harenberg, 1984, p. 44).-Litografie door J.F. Christ. In: Robidé van der Aa, 1841, Oud-Nederland in de uit vroegere dagen, overgeblevene burgen en kasteelen geschetst en afgebeeld. Nijmegen (Tengbergen, 1988, p. 51). -Afbeelding behorende bij het rapport uit 1564, dat is vervaardigd op last van het Hof van Gelderland. Archief Gelderse Rekenkamer inv. nr. 1637, kaartnr. 191. (Tengbergen, 1988, p. 44). -Plattegrond van de begane grond. Tekening door Architektenbureau Heineman, Vos, ten Broeke BV (Eliëns en Harenberg, 1984, p. 43).
-De Wildenborch in de zeventiende eeuw. Gravure in de Geldersche Volksalmanak uit 1838, p. 167. De gravure is gemaakt naar een verloren gegane tekening, die door Nicolaas van Geelkerken is gemaakt in de zeventiende eeuw (Eliëns en Harenberg, 1984, p. 44).-Litografie door J.F. Christ. In: Robidé van der Aa, 1841, Oud-Nederland in de uit vroegere dagen, overgeblevene burgen en kasteelen geschetst en afgebeeld. Nijmegen (Tengbergen, 1988, p. 51). -Afbeelding behorende bij het rapport uit 1564, dat is vervaardigd op last van het Hof van Gelderland. Archief Gelderse Rekenkamer inv. nr. 1637, kaartnr. 191. (Tengbergen, 1988, p. 44). -Plattegrond van de begane grond. Tekening door Architektenbureau Heineman, Vos, ten Broeke BV (Eliëns en Harenberg, 1984, p. 43).
Bronnen
...
...
Literatuur
- Albers, L.H., W.J. Bloemink, H.P. Boer, et al., Kasteel De Wildenborch en omgeving; een integraal cultuurhistorisch onderzoek, Amsterdam 2004.
- Eliëns, F.M. en J. Harenberg, 1984, Middeleeuwse kastelen van Gelderland. Rijswijk, p. 41-46.
- Hoefer, F.A., 'Mededeelingen omtrent den Wildenborch, Bijdragen en Mededelingen Vereniging Gelre, 12(1909), 209-241.
- Janssen, H.L., J.M.M. Kylstra-Wielinga en B. Olde Meierink, 1996, 1000 jaar kastelen in Nederland. Functie en vorm door de eeuwen heen. Utrecht, p.108.
- Jas, Jorien, Frank Keverling Buisman, Elyze Storm-Smeets, et al. red., Kastelen in Gelderland, Utrecht 2013, 169-171.
- Ter Kuile, E.H., 1958, De monumenten van geschiedenis en kunst. Deel III. Provincie Gelderland. Tweede stuk; het kwartier van Zutphen. 's-Gravenhage, p. 115-156.
Nillesen, R., en H. Kremer, Bureauonderzoek, Poel buitenplaats Wildenborch te Vorden, Doetinchem 2011.
- Scholte Lubberink, H.B.G., en P.A.M.M. van Kempen, Archeologisch kastelenproject WCL-De Graafschap, Provincie Gelderland, Amsterdam 2004, 197-201.
- S., 'Het huis Wildenborch', Geldersche Volks-almanak, 4(1938), 158-172.
- Stenvert, R.,C. Kolman, S. Broekhoven en B. Olde Meierink, 2000, Monumenten in Nederland. Gelderland. Zwolle, p. 215.
- Tengebergen A., 1988, De acht kastelen van Vorden. Kleine monumenten reeks. Zutphen, p. 45-64.
Trijsburg, Jacobus, 'De Wildenborch', Gelders Erfgoed, (2006) nr. 3-4, 8-10.
- Veen, J.S. van, 'Waarom het huis De Wildenborch in 1598 niet is ontmanteld', Bijdragen en Mededelingen Vereniging Gelre, 17(1914), 249-250.
- Albers, L.H., W.J. Bloemink, H.P. Boer, et al., Kasteel De Wildenborch en omgeving; een integraal cultuurhistorisch onderzoek, Amsterdam 2004.
- Eliëns, F.M. en J. Harenberg, 1984, Middeleeuwse kastelen van Gelderland. Rijswijk, p. 41-46.
- Hoefer, F.A., 'Mededeelingen omtrent den Wildenborch, Bijdragen en Mededelingen Vereniging Gelre, 12(1909), 209-241.
- Janssen, H.L., J.M.M. Kylstra-Wielinga en B. Olde Meierink, 1996, 1000 jaar kastelen in Nederland. Functie en vorm door de eeuwen heen. Utrecht, p.108.
- Jas, Jorien, Frank Keverling Buisman, Elyze Storm-Smeets, et al. red., Kastelen in Gelderland, Utrecht 2013, 169-171.
- Ter Kuile, E.H., 1958, De monumenten van geschiedenis en kunst. Deel III. Provincie Gelderland. Tweede stuk; het kwartier van Zutphen. 's-Gravenhage, p. 115-156.
Nillesen, R., en H. Kremer, Bureauonderzoek, Poel buitenplaats Wildenborch te Vorden, Doetinchem 2011.
- Scholte Lubberink, H.B.G., en P.A.M.M. van Kempen, Archeologisch kastelenproject WCL-De Graafschap, Provincie Gelderland, Amsterdam 2004, 197-201.
- S., 'Het huis Wildenborch', Geldersche Volks-almanak, 4(1938), 158-172.
- Stenvert, R.,C. Kolman, S. Broekhoven en B. Olde Meierink, 2000, Monumenten in Nederland. Gelderland. Zwolle, p. 215.
- Tengebergen A., 1988, De acht kastelen van Vorden. Kleine monumenten reeks. Zutphen, p. 45-64.
Trijsburg, Jacobus, 'De Wildenborch', Gelders Erfgoed, (2006) nr. 3-4, 8-10.
- Veen, J.S. van, 'Waarom het huis De Wildenborch in 1598 niet is ontmanteld', Bijdragen en Mededelingen Vereniging Gelre, 17(1914), 249-250.
Documentatie
?
?
Bescherming gebouw
Status:
Status:
Bescherming terrein
Status:
Status:
Bestemming
Bestemmingsplan: ?
Bestemming:
Bestemmingsplan: ?
Bestemming:
Auteur en datum
Auteur: W. Landewé
Beschrijving gemaakt: 15-11-2000
Auteur: W. Landewé
Beschrijving gemaakt: 15-11-2000
Bouwhistorisch onderzoek RCE
?
?
Archeologisch onderzoek RCE
?
?
Overig onderzoek
Geomorfologische codering
Bodemkundige codering
Basisregistratie - er zijn in ieder geval gegevens over naam en locatie van het object, en verwijzingen naar de beschikbare afbeeldingen, literatuur, documentatie en bronnen. Aan de hand van deze informatie kan eenieder die geïnteresseerd is zich gaan verdiepen in het desbetreffende kasteel. Het is de bedoeling dat deze basisregistratie-beschrijvingen in de toekomst tot volwaardige beschrijvingen worden uitgebreid.
In bewerking - de beschrijvingen zijn veelal voorzien van meer uitgebreide informatie over de geschiedenis en bouwgeschiedenis van het kasteel. Deze beschrijvingen zijn echter nog niet door de wetenschappelijke redactie van het Kastelenlexicon gezien, of moeten nog bijgewerkt worden naar aanleiding van redactie-opmerkingen.
Volledig - deze beschrijvingen zijn door de redactie gezien en goedgekeurd.
In bewerking - de beschrijvingen zijn veelal voorzien van meer uitgebreide informatie over de geschiedenis en bouwgeschiedenis van het kasteel. Deze beschrijvingen zijn echter nog niet door de wetenschappelijke redactie van het Kastelenlexicon gezien, of moeten nog bijgewerkt worden naar aanleiding van redactie-opmerkingen.
Volledig - deze beschrijvingen zijn door de redactie gezien en goedgekeurd.