Ammersoyen
IN BEWERKING [?]
algemeen | omschrijving | bezits- en bouwgeschiedenis | afbeeldingen, literatuur en documentatie | verdere informatie | terug naar de lijst
Object
Ammersoyen
Ammersoyen
Locatie
Adres: Kasteellaan 1, 5324 JR Ammerzoden
Ammerzoden
Gemeente Gemeente Maasdriel
Provincie Gelderland
Kasteel Ammersoyen ligt ten noordoosten van het dorp Ammerzoden.
Adres: Kasteellaan 1, 5324 JR Ammerzoden
Ammerzoden
Gemeente Gemeente Maasdriel
Provincie Gelderland
Kasteel Ammersoyen ligt ten noordoosten van het dorp Ammerzoden.
Typologie
Ammersoyen is een vierkant kasteel.
Ammersoyen is een vierkant kasteel.
Etymologie
De naam Ammersoyen is waarschijnlijk samengesteld uit 'amer' en 'oyen'. 'amer' is een waternaam, wellicht ooit een zijtak van de Maas. Een 'ooi' is een algemene benaming voor een weiland dat aan een rivier ligt.
De naam Ammersoyen is waarschijnlijk samengesteld uit 'amer' en 'oyen'. 'amer' is een waternaam, wellicht ooit een zijtak van de Maas. Een 'ooi' is een algemene benaming voor een weiland dat aan een rivier ligt.
Huidige situatie
Kasteel Ammersoyen is een van de best bewaarde vierkante kastelen in Nederland. Uit de Middeleeuwen dateren de zuidelijke zaalbouw en de twee daaraan grenzende hoektorens. De rest van het kasteel dateert uit de zeventiende eeuw. De voorburcht is nog goed zichtbaar.
Kasteel Ammersoyen is een van de best bewaarde vierkante kastelen in Nederland. Uit de Middeleeuwen dateren de zuidelijke zaalbouw en de twee daaraan grenzende hoektorens. De rest van het kasteel dateert uit de zeventiende eeuw. De voorburcht is nog goed zichtbaar.
Toestand van het middeleeuwse kasteel
Zichtbaar:
Grondgebruik:
Van Ammersoyen dateren uit de Middeleeuwen alleen de zuidelijke zaalbouw en de twee daaraan grenzende ronde hoektorens.
Zichtbaar:
Grondgebruik:
Van Ammersoyen dateren uit de Middeleeuwen alleen de zuidelijke zaalbouw en de twee daaraan grenzende ronde hoektorens.
Afmetingen
De oppervlakte van de hoofdburcht, exclusief de grachten meet ongeveer 35 bij 35 meter.
De oppervlakte van de hoofdburcht, exclusief de grachten meet ongeveer 35 bij 35 meter.
Oudste vermelding
Datum: 1354
Bron:
Arnt krijgt het 'huys tot Amersoyen' in leen van zijn broer Johan van Herlaer (in: Van der Borch tot Verwolde-Swemle, 1986, p.16).
Datum: 1354
Bron:
Arnt krijgt het 'huys tot Amersoyen' in leen van zijn broer Johan van Herlaer (in: Van der Borch tot Verwolde-Swemle, 1986, p.16).
Bezitsgeschiedenis
Kasteel Ammersoyen is waarschijnlijk gebouwd door een van de heren van Herlaer. Waarschijnlijk was Ammersoyen toen een allodiaal goed. De eerste heer van Herlaer, waarvan met zekerheid te zeggen valt dat hij de heer van Ammersoyen was, is Dirk van Herlaer. In 1351 werd hij opgevolgd door zijn tweede zoon Gerard. Gerard overlijdt kinderloos en het bezit wordt in 1354 verdeeld tussen zijn twee broers, Johan en Arnt. Arnt krijgt dan Ammersoyen van zijn broer Johan in leen. In ieder geval vanaf 1361 is er sprake van een leenband, want op dat moment verklaart Arnt dat hij Ammersoyen als een open huis in leen houdt van de hertog van Gelre.
In 1384 wordt Arnt van Hoemen, de schoonzoon van de inmiddels overleden Arnt van Herlaer, officieel beleend met Ammersoyen. Door zijn verlangen te profiteren van de strategische ligging van Ammersoyen op de grens van de provincies Gelre en Brabant, liep hij over naar hertogin Johanna van Brabant. Op last van de hertog van Gelre werd Ammersoyen toen belegerd en ingenomen. In 1396 wordt Arnt van Hoemen weer in genade bij de hertog aangenomen. Als hertog Willem in 1402 overlijdt, blijkt dat hij Ammersoyen heeft nagelaten aan zijn bastaardzoon Jan. In 1405 is Ammersoyen in handen van hertog Reinald IV van Gelre. Reinald ruilt Ammersoyen in dat jaar tegen kasteel Knyp van Johan Stecke van Beeck in het Rijnland. Hoewel de familie Stecke in 1422 nog aanspraak maakte op Ammersoyen, droeg hertog Reinald van Gelre het kasteel tussen 1419 en 1424 toch nog over op zijn bastaardzoon Willem van Wachtendonk. Deze verkoopt Ammersoyen in 1424 aan Johan van Broekhuizen, aan wie het kasteel het jaar daarop in leen wordt gegeven. Via een huwelijk tussen Walravina van Broekhuizen en Otto van Arkel kwam Ammersoyen in handen van het geslacht Van Arkel. In 1694 overleed Thomas Walraven van Arkel. Ammersoyen ging als leen over in handen van Johan Ferdinand van Lichtervelde. Deze Johan was de kleinzoon van Catharina van Arkel, een tante van de overleden Thomans Walraven. Uiteindelijk erfde Nicolaas Joseph de Vilsteren, een kleinzoon van Johan Ferdinand van Lichtervelde het kasteel. In 1792 werd Marie Thérèse Genovève Collette, een zus van Nicolaas Jospeh de Vilsteren, beleend met Ammersoyen. Zij trouwde met Libert François Christyn, graaf van Ribaucourt. Via het huwelijk tussen hun kleindochter met Alphons baron de Woelmont in 1828, ging Ammersoyen over in handen van de familie van Woelmont. In 1873 verkocht Arthur baron de Woelmont Ammersoyen, exclusief de inboedel, aan de Rooms-Katholieke kerk van Ammerzoden. De genoemde kerk droeg het kasteel nog datzelfde jaar over aan de zusters Clarissen te Megen. Zij gebruikten Ammersoyen vanaf 1876 als klooster. In 1945 hebben zij het klooster als gevolg van oorlogsschade moeten verlaten. In 1954 werd Ammersoyen verkocht aan een wasmachinefabrikant, die het kasteel gebruikte als opslagplaats. Ammersoyen werd in 1957 verkocht aan de Stichting Vrienden der Geldersche Kasteelen.
Kasteel Ammersoyen is waarschijnlijk gebouwd door een van de heren van Herlaer. Waarschijnlijk was Ammersoyen toen een allodiaal goed. De eerste heer van Herlaer, waarvan met zekerheid te zeggen valt dat hij de heer van Ammersoyen was, is Dirk van Herlaer. In 1351 werd hij opgevolgd door zijn tweede zoon Gerard. Gerard overlijdt kinderloos en het bezit wordt in 1354 verdeeld tussen zijn twee broers, Johan en Arnt. Arnt krijgt dan Ammersoyen van zijn broer Johan in leen. In ieder geval vanaf 1361 is er sprake van een leenband, want op dat moment verklaart Arnt dat hij Ammersoyen als een open huis in leen houdt van de hertog van Gelre.
In 1384 wordt Arnt van Hoemen, de schoonzoon van de inmiddels overleden Arnt van Herlaer, officieel beleend met Ammersoyen. Door zijn verlangen te profiteren van de strategische ligging van Ammersoyen op de grens van de provincies Gelre en Brabant, liep hij over naar hertogin Johanna van Brabant. Op last van de hertog van Gelre werd Ammersoyen toen belegerd en ingenomen. In 1396 wordt Arnt van Hoemen weer in genade bij de hertog aangenomen. Als hertog Willem in 1402 overlijdt, blijkt dat hij Ammersoyen heeft nagelaten aan zijn bastaardzoon Jan. In 1405 is Ammersoyen in handen van hertog Reinald IV van Gelre. Reinald ruilt Ammersoyen in dat jaar tegen kasteel Knyp van Johan Stecke van Beeck in het Rijnland. Hoewel de familie Stecke in 1422 nog aanspraak maakte op Ammersoyen, droeg hertog Reinald van Gelre het kasteel tussen 1419 en 1424 toch nog over op zijn bastaardzoon Willem van Wachtendonk. Deze verkoopt Ammersoyen in 1424 aan Johan van Broekhuizen, aan wie het kasteel het jaar daarop in leen wordt gegeven. Via een huwelijk tussen Walravina van Broekhuizen en Otto van Arkel kwam Ammersoyen in handen van het geslacht Van Arkel. In 1694 overleed Thomas Walraven van Arkel. Ammersoyen ging als leen over in handen van Johan Ferdinand van Lichtervelde. Deze Johan was de kleinzoon van Catharina van Arkel, een tante van de overleden Thomans Walraven. Uiteindelijk erfde Nicolaas Joseph de Vilsteren, een kleinzoon van Johan Ferdinand van Lichtervelde het kasteel. In 1792 werd Marie Thérèse Genovève Collette, een zus van Nicolaas Jospeh de Vilsteren, beleend met Ammersoyen. Zij trouwde met Libert François Christyn, graaf van Ribaucourt. Via het huwelijk tussen hun kleindochter met Alphons baron de Woelmont in 1828, ging Ammersoyen over in handen van de familie van Woelmont. In 1873 verkocht Arthur baron de Woelmont Ammersoyen, exclusief de inboedel, aan de Rooms-Katholieke kerk van Ammerzoden. De genoemde kerk droeg het kasteel nog datzelfde jaar over aan de zusters Clarissen te Megen. Zij gebruikten Ammersoyen vanaf 1876 als klooster. In 1945 hebben zij het klooster als gevolg van oorlogsschade moeten verlaten. In 1954 werd Ammersoyen verkocht aan een wasmachinefabrikant, die het kasteel gebruikte als opslagplaats. Ammersoyen werd in 1957 verkocht aan de Stichting Vrienden der Geldersche Kasteelen.
Historische betekenis
Ammersoyen behoort met het Muiderslot tot de best bewaarde vierkante kastelen van Nederland.
Ammersoyen behoort met het Muiderslot tot de best bewaarde vierkante kastelen van Nederland.
Bouwgeschiedenis
Met de bouw van Ammersoyen werd rond 1350 begonnen. Hoewel de heren van Herlaer al in de twaalfde eeuw opduiken in de bronnen, zijn er op het terrein van Ammersoyen geen sporen van een vroegere vesting gevonden. Kasteel Ammersoyen bestaat uit een vierkant ommuurd plein, met tegen de zuidzijde het 'corps de logis'. Dit gebouw had drie verdiepingen met een zolder. De verdiepingen kenden een onderverdeling in twee vertrekken met de verhouding 2:1. Op de hoofdverdieping waren tegen de scheidingsmuur ruggelings twee schouwen aangebracht. De kelder van dit gebouw was niet overwelfd, maar de vloer erboven rustte op eiken balken. Haaks op deze vleugel staan twee zijvleugels van later datum, die worden verbonden door een uitspringend poortgebouw aan de noordzijde van het plein. Van de west- en oostvleugel is de oostvleugel waarschijnlijk niet in de Middeleeuwen gebouwd. De oostvleugel was oorspronkelijk wel gepland maar is niet meteen ook al in de veertiende eeuw gebouwd. De bouwgeschiedenis van deze vleugel is nogal onduidelijk. De huidige poort dateert uit de zestiende eeuw. Het kasteel is voorzien van vier ronde hoektorens, waarvan de noordwestelijke de grootste is. Deze middeleeuwse donjon heeft tot de hoofdverdieping een muurdikte van drie meter. Waarschijnlijk is de bovenbouw van de toren al voor 1590 verwoest. Van de vier torens dateren waarschijnlijk alleen de twee zuidelijke uit de veertiende eeuw. In de zuidelijke torens zitten openingen tussen de verdiepingen. Dit zijn uitmondingen van voor Nederland zeldzame rookkanalen die verticaal door de muren lopen en ineens een haakse bocht naar buiten maken. In de kelder van de zuidwesttoren bevindt zich een meloengewelf. Dat is het oudste gewelf dat in het kasteel in aangetroffen.
Johan van Broekhuizen stichtte in 1441 op Ammersoyen een kapel. Bij opgravingen heeft men de resten van een kapel gevonden, die grensde aan de zaal en de kemenade. Het is mogelijk dat deze kapel is gebouwd in de veertiende eeuw en dat Johan van Broekhuizen dit gebouw enkel heeft verbouwd.
In 1590 werd Ammersoyen door brand ernstig beschadigd. De voorkant van het kasteel en de voorburcht bleven intact. Bij het herstel na de brand verloor het kasteel zijn weerbare karakter en werd het een comfortabel woonhuis. De westvleugel en de noordwestelijke hoek van het kasteel werden direct weer bewoonbaar gemaakt. Pas in 1641 werd de zuidvleugel hersteld, waarbij men de grote ridderzaal verdeelde in twee vertrekken, waardoor de hoofdverdieping van de zuidvleugel nu drie vertrekken kende. Ook verlaagde men de verdiepingsvloer van de voormalige ridderzaal met één meter. Bij de restauratie heeft men deze verdieping weer op de oorspronkelijke hoogte van voor 1590 teruggebracht, waardoor de teruggevonden middeleeuwse schouw, muurtrappen en gemakken weer aansloten op de vloer van de verdieping. In 1648 vernieuwde men de binnenplaatsgevel van de westvleugel. In deze periode trok men de donjon opnieuw op vanaf de middeleeuwse onderbouw en men verving de natuurstenen vensters door houten kruiskozijnen. Het poortgebouw voorzag men aan de buitenkant van een monumentale omlijsting van hardsteen met de wapens van Arkel en Kethulle. Aan de binnenplaats kreeg de poort een eenvoudigere omlijsting van zandsteen met het jaartal 1667.
In de negentiende eeuw bracht Arthur baron de Woelmont gewelven, schietgaten en gotische vensters aanbrengen in het kasteel. In 1893 heeft men de gracht gedempt. Toen Ammersoyen in 1876 een clarissenklooster werd, heeft men tegen de westvleugel een kapel laten aanbouwen. Deze kapel is bij de restauratie weer verwijderd. De clarissen lieten ook de gracht dempen en de brug afbreken. In 1959 werd begonnen met de restauratie van het kasteel, die in 1975 werd afgerond. Bij deze restauratie werd de gehele oostvleugel opnieuw gebouwd. Men heeft onder de huidige poort restanten teruggevonden van een open brugkelder, wat betekent dat Ammersoyen in de veertiende eeuw waarschijnlijk was uitgerust met een wipbrug. Later heeft men deze brug vervangen door een normale ophaalbrug buiten de kasteelpoort van de hoofdburcht.
Hoe de bebouwing op de voorburcht er tijdens de Middeleeuwen uit heeft gezien is onbekend. Er moet zeker een poortgebouw zijn geweest. Dit poortgebouw werd in 1564 verbouwd en kreeg een Gelderse topgevel. Daarin werd een gevelsteen met het wapen van Arkel en Gelre aangebracht. Deze poort werd afgebroken in de Clarissentijd en vervangen door een eenvoudige poort met boven in een nis een beeld van de Hl. Clara. Tijdens de restauratie is de zestiende-eeuwse toestand hersteld. In de zestiende eeuw stond er een bouwhuis naast de poort, dat in het midden van de zeventiende eeuw verbouwd is. Bij de restauratie heeft men de gracht weer uitgegraven met behulp van het kadastrale minuutplan uit 1810-1830.
Met de bouw van Ammersoyen werd rond 1350 begonnen. Hoewel de heren van Herlaer al in de twaalfde eeuw opduiken in de bronnen, zijn er op het terrein van Ammersoyen geen sporen van een vroegere vesting gevonden. Kasteel Ammersoyen bestaat uit een vierkant ommuurd plein, met tegen de zuidzijde het 'corps de logis'. Dit gebouw had drie verdiepingen met een zolder. De verdiepingen kenden een onderverdeling in twee vertrekken met de verhouding 2:1. Op de hoofdverdieping waren tegen de scheidingsmuur ruggelings twee schouwen aangebracht. De kelder van dit gebouw was niet overwelfd, maar de vloer erboven rustte op eiken balken. Haaks op deze vleugel staan twee zijvleugels van later datum, die worden verbonden door een uitspringend poortgebouw aan de noordzijde van het plein. Van de west- en oostvleugel is de oostvleugel waarschijnlijk niet in de Middeleeuwen gebouwd. De oostvleugel was oorspronkelijk wel gepland maar is niet meteen ook al in de veertiende eeuw gebouwd. De bouwgeschiedenis van deze vleugel is nogal onduidelijk. De huidige poort dateert uit de zestiende eeuw. Het kasteel is voorzien van vier ronde hoektorens, waarvan de noordwestelijke de grootste is. Deze middeleeuwse donjon heeft tot de hoofdverdieping een muurdikte van drie meter. Waarschijnlijk is de bovenbouw van de toren al voor 1590 verwoest. Van de vier torens dateren waarschijnlijk alleen de twee zuidelijke uit de veertiende eeuw. In de zuidelijke torens zitten openingen tussen de verdiepingen. Dit zijn uitmondingen van voor Nederland zeldzame rookkanalen die verticaal door de muren lopen en ineens een haakse bocht naar buiten maken. In de kelder van de zuidwesttoren bevindt zich een meloengewelf. Dat is het oudste gewelf dat in het kasteel in aangetroffen.
Johan van Broekhuizen stichtte in 1441 op Ammersoyen een kapel. Bij opgravingen heeft men de resten van een kapel gevonden, die grensde aan de zaal en de kemenade. Het is mogelijk dat deze kapel is gebouwd in de veertiende eeuw en dat Johan van Broekhuizen dit gebouw enkel heeft verbouwd.
In 1590 werd Ammersoyen door brand ernstig beschadigd. De voorkant van het kasteel en de voorburcht bleven intact. Bij het herstel na de brand verloor het kasteel zijn weerbare karakter en werd het een comfortabel woonhuis. De westvleugel en de noordwestelijke hoek van het kasteel werden direct weer bewoonbaar gemaakt. Pas in 1641 werd de zuidvleugel hersteld, waarbij men de grote ridderzaal verdeelde in twee vertrekken, waardoor de hoofdverdieping van de zuidvleugel nu drie vertrekken kende. Ook verlaagde men de verdiepingsvloer van de voormalige ridderzaal met één meter. Bij de restauratie heeft men deze verdieping weer op de oorspronkelijke hoogte van voor 1590 teruggebracht, waardoor de teruggevonden middeleeuwse schouw, muurtrappen en gemakken weer aansloten op de vloer van de verdieping. In 1648 vernieuwde men de binnenplaatsgevel van de westvleugel. In deze periode trok men de donjon opnieuw op vanaf de middeleeuwse onderbouw en men verving de natuurstenen vensters door houten kruiskozijnen. Het poortgebouw voorzag men aan de buitenkant van een monumentale omlijsting van hardsteen met de wapens van Arkel en Kethulle. Aan de binnenplaats kreeg de poort een eenvoudigere omlijsting van zandsteen met het jaartal 1667.
In de negentiende eeuw bracht Arthur baron de Woelmont gewelven, schietgaten en gotische vensters aanbrengen in het kasteel. In 1893 heeft men de gracht gedempt. Toen Ammersoyen in 1876 een clarissenklooster werd, heeft men tegen de westvleugel een kapel laten aanbouwen. Deze kapel is bij de restauratie weer verwijderd. De clarissen lieten ook de gracht dempen en de brug afbreken. In 1959 werd begonnen met de restauratie van het kasteel, die in 1975 werd afgerond. Bij deze restauratie werd de gehele oostvleugel opnieuw gebouwd. Men heeft onder de huidige poort restanten teruggevonden van een open brugkelder, wat betekent dat Ammersoyen in de veertiende eeuw waarschijnlijk was uitgerust met een wipbrug. Later heeft men deze brug vervangen door een normale ophaalbrug buiten de kasteelpoort van de hoofdburcht.
Hoe de bebouwing op de voorburcht er tijdens de Middeleeuwen uit heeft gezien is onbekend. Er moet zeker een poortgebouw zijn geweest. Dit poortgebouw werd in 1564 verbouwd en kreeg een Gelderse topgevel. Daarin werd een gevelsteen met het wapen van Arkel en Gelre aangebracht. Deze poort werd afgebroken in de Clarissentijd en vervangen door een eenvoudige poort met boven in een nis een beeld van de Hl. Clara. Tijdens de restauratie is de zestiende-eeuwse toestand hersteld. In de zestiende eeuw stond er een bouwhuis naast de poort, dat in het midden van de zeventiende eeuw verbouwd is. Bij de restauratie heeft men de gracht weer uitgegraven met behulp van het kadastrale minuutplan uit 1810-1830.
Afbeeldingen
-Ammersoyen vanuit het noordwesten. Tekening door A. de Haen uit het 2e kwart van de 18e eeuw. GMA (Eliëns en Harenberg, 1984, 203).
-Ammersoyen op een handschriftkaart uit ca. 1524. Staatsarchiv Wenen (Buurman, 1986, 17).
-Ammersoyen vanuit het noordwesten. Tekening door Cornelis Pronk uit ca. 1730. Particuliere collectie (Buurman, 1986, 145).
-Ammersoyen vanuit het noordwesten. Tekening door J.F. Christ uit ca. 1840. UBL (Buurman, 1986, 148).
-Plattegrond van de kelderverdieping. Tekening architectenbureau Wijma (Eliëns en Harenberg, 1984, 202).
-Ammersoyen vanuit het noordwesten. Tekening door A. de Haen uit het 2e kwart van de 18e eeuw. GMA (Eliëns en Harenberg, 1984, 203).
-Ammersoyen op een handschriftkaart uit ca. 1524. Staatsarchiv Wenen (Buurman, 1986, 17).
-Ammersoyen vanuit het noordwesten. Tekening door Cornelis Pronk uit ca. 1730. Particuliere collectie (Buurman, 1986, 145).
-Ammersoyen vanuit het noordwesten. Tekening door J.F. Christ uit ca. 1840. UBL (Buurman, 1986, 148).
-Plattegrond van de kelderverdieping. Tekening architectenbureau Wijma (Eliëns en Harenberg, 1984, 202).
Bronnen
...
...
Literatuur
- Box, John, 1870, Chronicles of the castle of Amelroy, or Ammerzode, London.
- Doornmalen, Alois van, 2020, 'De datering van de bouw van kasteel Ammersoyen: verschillende disciplines, verschillende gezichtspunten', in: Hermans, Taco, en Rob Gruben, eindred., 'De Lagchende Vallei'. Recent onderzoek op het gebied van kastelen en buitenplaatsen in Gelderland, Zwolle, 83-89.
- Eliëns, F.M. en J. Harenberg, 1984, Middeleeuwse kastelen van Gelderland. Rijswijk, 201-207.
- Olde Meierink, B., 1996, Conflict tussen oud en nieuw in de zeventiende eeuw, in: 1000 jaar kastelen in Nederland. Functie en vorm door de eeuwen heen. Utrecht, 142-170.
- Orsel, Edwin, 2012, ‘Kasteel Ammersoyen ouder dan gedacht?’, in: Aarts, B., W. Landewe, B. Olde Meierink et al. red., Ambitie in steen. Bijdragen tot de kastelenkunde in Nederland, Wijk bij Duurstede, 165-179.
- Buurman, D.J.G., 1986, Ammersoyen. Bijdragen tot de geschiedenis van het kasteel, de heerlijkheid en de heren van Ammersoyen, Zutphen, 13-119.
- Box, John, 1870, Chronicles of the castle of Amelroy, or Ammerzode, London.
- Doornmalen, Alois van, 2020, 'De datering van de bouw van kasteel Ammersoyen: verschillende disciplines, verschillende gezichtspunten', in: Hermans, Taco, en Rob Gruben, eindred., 'De Lagchende Vallei'. Recent onderzoek op het gebied van kastelen en buitenplaatsen in Gelderland, Zwolle, 83-89.
- Eliëns, F.M. en J. Harenberg, 1984, Middeleeuwse kastelen van Gelderland. Rijswijk, 201-207.
- Olde Meierink, B., 1996, Conflict tussen oud en nieuw in de zeventiende eeuw, in: 1000 jaar kastelen in Nederland. Functie en vorm door de eeuwen heen. Utrecht, 142-170.
- Orsel, Edwin, 2012, ‘Kasteel Ammersoyen ouder dan gedacht?’, in: Aarts, B., W. Landewe, B. Olde Meierink et al. red., Ambitie in steen. Bijdragen tot de kastelenkunde in Nederland, Wijk bij Duurstede, 165-179.
- Buurman, D.J.G., 1986, Ammersoyen. Bijdragen tot de geschiedenis van het kasteel, de heerlijkheid en de heren van Ammersoyen, Zutphen, 13-119.
Documentatie
?
?
Coördinaten
Coordinaten: ,
Kaartblad: 45A , x: 144,15, y: 418,15, precisie 2
Coordinaten: ,
Kaartblad: 45A , x: 144,15, y: 418,15, precisie 2
Bescherming gebouw
Status:
Status:
Bescherming terrein
Status:
Status:
Bestemming
Bestemmingsplan: ?
Bestemming:
Bestemmingsplan: ?
Bestemming:
Auteur en datum
Auteur: Wendy Landewé
Beschrijving gemaakt: 13-10-2000
Auteur: Wendy Landewé
Beschrijving gemaakt: 13-10-2000
Bouwhistorisch onderzoek RCE
?
?
Archeologisch onderzoek RCE
?
?
Overig onderzoek
Geomorfologische codering
Bodemkundige codering
Basisregistratie - er zijn in ieder geval gegevens over naam en locatie van het object, en verwijzingen naar de beschikbare afbeeldingen, literatuur, documentatie en bronnen. Aan de hand van deze informatie kan eenieder die geïnteresseerd is zich gaan verdiepen in het desbetreffende kasteel. Het is de bedoeling dat deze basisregistratie-beschrijvingen in de toekomst tot volwaardige beschrijvingen worden uitgebreid.
In bewerking - de beschrijvingen zijn veelal voorzien van meer uitgebreide informatie over de geschiedenis en bouwgeschiedenis van het kasteel. Deze beschrijvingen zijn echter nog niet door de wetenschappelijke redactie van het Kastelenlexicon gezien, of moeten nog bijgewerkt worden naar aanleiding van redactie-opmerkingen.
Volledig - deze beschrijvingen zijn door de redactie gezien en goedgekeurd.
In bewerking - de beschrijvingen zijn veelal voorzien van meer uitgebreide informatie over de geschiedenis en bouwgeschiedenis van het kasteel. Deze beschrijvingen zijn echter nog niet door de wetenschappelijke redactie van het Kastelenlexicon gezien, of moeten nog bijgewerkt worden naar aanleiding van redactie-opmerkingen.
Volledig - deze beschrijvingen zijn door de redactie gezien en goedgekeurd.