Echten
IN BEWERKING [?]
algemeen | omschrijving | bezits- en bouwgeschiedenis | afbeeldingen, literatuur en documentatie | verdere informatie | terug naar de lijst
Object
Echten
Echten
Locatie
Adres: Zuidwolderweg 3-5, 7932 PN
Echten
Gemeente De Wolden
Provincie Drenthe
Het huis Echten ligt vlak ten noordoosten van het dorpje Echten.
Adres: Zuidwolderweg 3-5, 7932 PN
Echten
Gemeente De Wolden
Provincie Drenthe
Het huis Echten ligt vlak ten noordoosten van het dorpje Echten.
Typologie
Volgens Bos bestond het middeleeuwse huis Echten waarschijnlijk uit een stenen huis met een zaal en met een omgrachting.
Volgens Bos bestond het middeleeuwse huis Echten waarschijnlijk uit een stenen huis met een zaal en met een omgrachting.
Etymologie
Het Huis Echten is genoemd naar het dorpje Echten.
Het Huis Echten is genoemd naar het dorpje Echten.
Huidige situatie
Laatst bijgewerkt: 19-3-2003
Het Huis te Echten is tegenwoordig een door dubbele grachten omgeven landhuis met een 18e-eeuws uiterlijk. Het is een rechthoekig gebouw met aan de ene zijde van de deur drie traveeën en aan de andere vijf, en heeft een schilddak. Het oudste deel van het gebouw zijn de restanten van een 15e-eeuws zaalgebouw, de rest van het gebouw dateert uit latere tijd.
Laatst bijgewerkt: 19-3-2003
Het Huis te Echten is tegenwoordig een door dubbele grachten omgeven landhuis met een 18e-eeuws uiterlijk. Het is een rechthoekig gebouw met aan de ene zijde van de deur drie traveeën en aan de andere vijf, en heeft een schilddak. Het oudste deel van het gebouw zijn de restanten van een 15e-eeuws zaalgebouw, de rest van het gebouw dateert uit latere tijd.
Toestand van het middeleeuwse kasteel
Zichtbaar:
Grondgebruik:
Er zijn nog enkele 15e-eeuwse delen van het Huis te Echten overgebleven in het huidige gebouw. Bestemmingsplan: Landschaps- en natuurbouw, specifieke bestemming: landgoed.
Zichtbaar:
Grondgebruik:
Er zijn nog enkele 15e-eeuwse delen van het Huis te Echten overgebleven in het huidige gebouw. Bestemmingsplan: Landschaps- en natuurbouw, specifieke bestemming: landgoed.
Afmetingen
Oudste vermelding
Datum: 1353, 1/5
Bron: P. J. Blok e.a., Oorkondenboek van Groningen en Drente II (Groningen 1899) nr. 423.
"'(...) ende eyn maet, die gheleghen is tusschen der olde hofstat tot Echten aen die eyn seyt (...)'"
Hendrik van Coevorden draagt bepaalde goederen te Echten over aan Volkyer van Echten.
Datum: 1353, 1/5
Bron: P. J. Blok e.a., Oorkondenboek van Groningen en Drente II (Groningen 1899) nr. 423.
"'(...) ende eyn maet, die gheleghen is tusschen der olde hofstat tot Echten aen die eyn seyt (...)'"
Hendrik van Coevorden draagt bepaalde goederen te Echten over aan Volkyer van Echten.
Bezitsgeschiedenis
In 1262 eeuw wordt al gesproken over een geslacht Van Echten, en waarschijnlijk bestond er ook een huis in Echten, maar dit was in handen van het geslacht Van Coevorden. Het is niet zeker of dit huis op dezelfde plaats stond als het huidige; waarschijnlijk stond de oudere hofstad iets verder naar het noordoosten.In 1353 wordt een 'hofstat' te Echten genoemd, die Volker van Echten kocht van Hendrik van Coevorden. Vanaf 1353 is het Huis te Echten gedurende ruime zes eeuwen in handen gebleven van de rechtstreekse erfgenamen van Volker van Echten, die afwisselend de namen Roelof en Johan droegen. Na het overlijden van Roelof VII van Echten in 1797 was zijn dochter Anna Geertruida van Echten de enige erfgename. Zij trouwde met Rudolph Otto van Holthe, die zich daarna Van Holthe tot Echten noemde. Het Huis te Echten bleef in bezit van deze tak van de familie tot het in 1971 verkocht werd aan de Van Heukelomstichting, die er een tehuis voor blinden vestigde. In 1988 fuseerde deze stichting met enkele andere tot de Stichting Visio, die het huis nu nog bezit.
In 1262 eeuw wordt al gesproken over een geslacht Van Echten, en waarschijnlijk bestond er ook een huis in Echten, maar dit was in handen van het geslacht Van Coevorden. Het is niet zeker of dit huis op dezelfde plaats stond als het huidige; waarschijnlijk stond de oudere hofstad iets verder naar het noordoosten.In 1353 wordt een 'hofstat' te Echten genoemd, die Volker van Echten kocht van Hendrik van Coevorden. Vanaf 1353 is het Huis te Echten gedurende ruime zes eeuwen in handen gebleven van de rechtstreekse erfgenamen van Volker van Echten, die afwisselend de namen Roelof en Johan droegen. Na het overlijden van Roelof VII van Echten in 1797 was zijn dochter Anna Geertruida van Echten de enige erfgename. Zij trouwde met Rudolph Otto van Holthe, die zich daarna Van Holthe tot Echten noemde. Het Huis te Echten bleef in bezit van deze tak van de familie tot het in 1971 verkocht werd aan de Van Heukelomstichting, die er een tehuis voor blinden vestigde. In 1988 fuseerde deze stichting met enkele andere tot de Stichting Visio, die het huis nu nog bezit.
Bouwgeschiedenis
Al in de 12e of 13e eeuw stond er in Echten een adellijk huis, maar dit stond niet op dezelfde plaats als het latere Huis te Echten. Waarschijnlijk stond het iets verder naar het noordoosten. Het eerste huis op de huidige plaats werd gebouwd in de 14e eeuw, maar het oudste deel van het huidige huis, namelijk de zaal op de begane grond, dateert uit de tweede helft van de 15e eeuw. Dit gebouw bevatte een zaal van 16 x 7,2 meter, met daarnaast een kleinere kamer. Het had één verdieping en daarboven een zolder. De muren van dit gedeelte zijn 62-65 cm dik; het huis had een zadeldak met aan beide zijden een topgevel. Onder dit deel liggen twee kelders, en ook onder het voorplein zijn deze aanwezig. Het huis had een ommuurd voorterrein en een gracht.Op een onbekend tijdstip, mogelijk de eerste helft van de 16e eeuw, zijn aan de voorzijde (westzijde) van het hoofdgebouw twee vleugels haaks op het hoofdgebouw neergezet. Ook werden er twee bouwhuizen neergezet in plaats van eerdere kleinere gebouwtjes. In 1627 werd een slotkapel gesticht; waarschijnlijk eerst in het huis en later in een bijgebouw. In 1685 werd een buitengracht gegraven en twee bouwhuizen neergezet. Waarschijnlijk werd ook toen de boerderij gebouwd, die aan de noordzijde tussen de binnen- en buitengracht gelegen is. Aan de zuidzijde staat een gebouw dat nu 'de kapel' wordt genoemd, maar het is niet zeker dat hierin de slotkapel van het huis gevestigd was. Dit gebouw is waarschijnlijk ook in 1685 gebouwd. Het heeft een dakruiter. Vóór 1732 werden de twee zijvleugels met elkaar verbonden, zodat een binnenplaats ontstond. Het huis zag er toen van buiten rechthoekig uit en had een zadeldak.Van 1804-1808 vond een ingrijpende verbouwing plaats. Beide vleugels werden afgebroken en de oude achtervleugel verdubbeld, waardoor het huis veel kleiner werd dan het in de 18e eeuw was geweest. Er werden twee zadeldaken aangebracht. In 1880 werd de zuidelijke uitbouw van het huis afgebroken en werden de vensters gemoderniseerd. In 1892 werd het dubbele zadeldak vervangen door een plat dak en kwamen er twee kleine en een grote dakkapel. In 1901 werd het huis verhoogd.Van 1976-1981 werd het door het Bureau Monumentenzorg van de provincie Drente gerestaureerd. De situatie van voor 1880 werd hersteld; het afgebroken zuidelijke gedeelte werd weer opgebouwd. Het is nu een rechthoekig gebouw met aan de ene zijde van de deur drie traveeën en aan de andere vijf, en heeft een schilddak. De beide bouwhuizen werden gereconstrueerd en herbouwd. Bij het huis staat een duifhuis uit de 17e eeuw en een portiershuis uit de 18e eeuw.
Al in de 12e of 13e eeuw stond er in Echten een adellijk huis, maar dit stond niet op dezelfde plaats als het latere Huis te Echten. Waarschijnlijk stond het iets verder naar het noordoosten. Het eerste huis op de huidige plaats werd gebouwd in de 14e eeuw, maar het oudste deel van het huidige huis, namelijk de zaal op de begane grond, dateert uit de tweede helft van de 15e eeuw. Dit gebouw bevatte een zaal van 16 x 7,2 meter, met daarnaast een kleinere kamer. Het had één verdieping en daarboven een zolder. De muren van dit gedeelte zijn 62-65 cm dik; het huis had een zadeldak met aan beide zijden een topgevel. Onder dit deel liggen twee kelders, en ook onder het voorplein zijn deze aanwezig. Het huis had een ommuurd voorterrein en een gracht.Op een onbekend tijdstip, mogelijk de eerste helft van de 16e eeuw, zijn aan de voorzijde (westzijde) van het hoofdgebouw twee vleugels haaks op het hoofdgebouw neergezet. Ook werden er twee bouwhuizen neergezet in plaats van eerdere kleinere gebouwtjes. In 1627 werd een slotkapel gesticht; waarschijnlijk eerst in het huis en later in een bijgebouw. In 1685 werd een buitengracht gegraven en twee bouwhuizen neergezet. Waarschijnlijk werd ook toen de boerderij gebouwd, die aan de noordzijde tussen de binnen- en buitengracht gelegen is. Aan de zuidzijde staat een gebouw dat nu 'de kapel' wordt genoemd, maar het is niet zeker dat hierin de slotkapel van het huis gevestigd was. Dit gebouw is waarschijnlijk ook in 1685 gebouwd. Het heeft een dakruiter. Vóór 1732 werden de twee zijvleugels met elkaar verbonden, zodat een binnenplaats ontstond. Het huis zag er toen van buiten rechthoekig uit en had een zadeldak.Van 1804-1808 vond een ingrijpende verbouwing plaats. Beide vleugels werden afgebroken en de oude achtervleugel verdubbeld, waardoor het huis veel kleiner werd dan het in de 18e eeuw was geweest. Er werden twee zadeldaken aangebracht. In 1880 werd de zuidelijke uitbouw van het huis afgebroken en werden de vensters gemoderniseerd. In 1892 werd het dubbele zadeldak vervangen door een plat dak en kwamen er twee kleine en een grote dakkapel. In 1901 werd het huis verhoogd.Van 1976-1981 werd het door het Bureau Monumentenzorg van de provincie Drente gerestaureerd. De situatie van voor 1880 werd hersteld; het afgebroken zuidelijke gedeelte werd weer opgebouwd. Het is nu een rechthoekig gebouw met aan de ene zijde van de deur drie traveeën en aan de andere vijf, en heeft een schilddak. De beide bouwhuizen werden gereconstrueerd en herbouwd. Bij het huis staat een duifhuis uit de 17e eeuw en een portiershuis uit de 18e eeuw.
Afbeeldingen
-Kaart van de 5000 Morgens, door Claes de la Haye, 1631. Drents Museum, Assen.-Gewassen pentekening door Cornelis Pronk, 1732. Universiteit Leiden, collectie Bodel Nijenhuis, nr. 303-III-2. -Gewassen pentekening door Hendrik Spilman, naar Pronk. Drents Museum, Assen, nr. 1969-6.-Plattegrond van het huis in 1774, met aanduiding van de bestemming van de vertrekken. Huisarchief Echten.-Kadastraal minuutplan, 1832. Afgebeeld in Bos e.a. -Het huis in 1870, schilderij. Afgebeeld in De Blécourt e.a.-Foto van Echten in 1890. Afgebeeld in De Blécourt e.a.-Plattegrond van de benedenverdieping met datering van de verschillende delen. Afgebeeld in Bos e.a.
-Kaart van de 5000 Morgens, door Claes de la Haye, 1631. Drents Museum, Assen.-Gewassen pentekening door Cornelis Pronk, 1732. Universiteit Leiden, collectie Bodel Nijenhuis, nr. 303-III-2. -Gewassen pentekening door Hendrik Spilman, naar Pronk. Drents Museum, Assen, nr. 1969-6.-Plattegrond van het huis in 1774, met aanduiding van de bestemming van de vertrekken. Huisarchief Echten.-Kadastraal minuutplan, 1832. Afgebeeld in Bos e.a. -Het huis in 1870, schilderij. Afgebeeld in De Blécourt e.a.-Foto van Echten in 1890. Afgebeeld in De Blécourt e.a.-Plattegrond van de benedenverdieping met datering van de verschillende delen. Afgebeeld in Bos e.a.
Bronnen
Literatuur
-Comité Mensinge, Havezate Mensinge (Roden 1981) 15-Allert de Lange reisgidsen, Gids voor de Nederlandse kastelen en buitenplaatsen (Amsterdam 1966) 33-ANWB kastelengidsen (Den Haag 1953: 81, 1956: 84, 1968: 43, 1971: 50)-Rijksdienst voor de Monumentenzorg, Kunstreisboek (Amsterdam 1960: 267, 1976: 141)-Aa, A. J. van der, Aardrijkskundig woordenboek der Nederlanden IV (Gorinchem 1843) 8-Bakker, J., Reisboek voor de provincie Drenthe (Assen z.j.) 26-Blécourt, H. J. de, L. Huizing & E. J. Offerhaus, Echten achthonderd (Echten 1981) 20-42-Blok, P. J. e.a., Oorkondenboek van Groningen en Drente II (Groningen 1899) nr. 423.-Bos, J., E. J. Hulst & P. Brood, Huizen van stand. Geschiedenis van de Drentse havezaten en andere herenhuizen en hun bewoners (Assen 1989) 210-218-Bouws, T., Kijk op Nederland: Drenthe (Amsterdam 1976) 77-Braake, G. ter, Drentse havezaten (Meppel 1985) 99-105, 142-143-Brood, P., Inventaris van de archieven van het Huis Echten en de Algemene Compagnie van 5000 morgen te Hoogeveen (1275-1952) (Assen 1980)-Gevers, A. J. & A. J. Mensema, Over de hobbelde bobbelde heyde. Andries Schoemaker, Cornelis Pronk en Abraham de Haen op reis door Overijssel, Drente en Friesland in 1732 (Alphen a/d Rijn 1985) 41, 133-134-Helsdingen, H. W. van, Gids voor de Nederlandse kastelen (Amsterdam 1957) 19-Huizing, L., Huize Echten (Meppel 1981)-Jansen, C. F., De monumenten van Drente I (Assen 1985) 43-Kalkwiek, K. A. & A. I. J. M. Schellart, Atlas van de Nederlandse kastelen (Alphen a/d Rijn 1980) 220-Kooy, P., Slotkapellen in Drente en Overijssel (Delden 1993)-Michon, Y. (red), Nederland dichterbij: kastelen (Amsterdam, 1995) 40-41-Molen, S. J. van der & P. Vogt, Stinzen, borgen en havezaten van het Noordererf (Zutphen 1978) 71, 129-130-Oldenburger-Ebbers, C. S., De tuinengids van Nederland (Rotterdam 1989) 82-Roemeling, O. D. J., 'Enkele adellijke geslachten in Drenthe in de Middeleeuwen I', in: De Nederlandsche Leeuw 90 (1973) 238-298-Roemeling, O. D. J., 'Enkele adellijke geslachten in Drenthe in de Middeleeuwen II', in: De Nederlandsche Leeuw 94 (1977) 225-260-Roy van Zuydewijn, N. de, Met het oog op onderweg: een tocht in woord en beeld langs monumenten in Nederland (Amsterdam 1974) 24-Schellart, A. I. J. M., Slotkapellen in Nederland (Muiderberg 1984) 10, 20, 46-Steegh, A., Kleine monumentenatlas van Nederland (Zutphen 1976) nr. 104-Tromp, H. M. J., Kijk op kastelen (Amsterdam 1979) 110-Westra van Holthe, J., 'Havezathen in Drenthe', in: Bulletin van de Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond 10 (1957) 171-191, aldaar 179-Zandstra, E., Shell toergids langs burchten en buitens (z.p., z.j.) 50-Documentatie in de map 'Echten', bibliotheek NKS.
-Comité Mensinge, Havezate Mensinge (Roden 1981) 15-Allert de Lange reisgidsen, Gids voor de Nederlandse kastelen en buitenplaatsen (Amsterdam 1966) 33-ANWB kastelengidsen (Den Haag 1953: 81, 1956: 84, 1968: 43, 1971: 50)-Rijksdienst voor de Monumentenzorg, Kunstreisboek (Amsterdam 1960: 267, 1976: 141)-Aa, A. J. van der, Aardrijkskundig woordenboek der Nederlanden IV (Gorinchem 1843) 8-Bakker, J., Reisboek voor de provincie Drenthe (Assen z.j.) 26-Blécourt, H. J. de, L. Huizing & E. J. Offerhaus, Echten achthonderd (Echten 1981) 20-42-Blok, P. J. e.a., Oorkondenboek van Groningen en Drente II (Groningen 1899) nr. 423.-Bos, J., E. J. Hulst & P. Brood, Huizen van stand. Geschiedenis van de Drentse havezaten en andere herenhuizen en hun bewoners (Assen 1989) 210-218-Bouws, T., Kijk op Nederland: Drenthe (Amsterdam 1976) 77-Braake, G. ter, Drentse havezaten (Meppel 1985) 99-105, 142-143-Brood, P., Inventaris van de archieven van het Huis Echten en de Algemene Compagnie van 5000 morgen te Hoogeveen (1275-1952) (Assen 1980)-Gevers, A. J. & A. J. Mensema, Over de hobbelde bobbelde heyde. Andries Schoemaker, Cornelis Pronk en Abraham de Haen op reis door Overijssel, Drente en Friesland in 1732 (Alphen a/d Rijn 1985) 41, 133-134-Helsdingen, H. W. van, Gids voor de Nederlandse kastelen (Amsterdam 1957) 19-Huizing, L., Huize Echten (Meppel 1981)-Jansen, C. F., De monumenten van Drente I (Assen 1985) 43-Kalkwiek, K. A. & A. I. J. M. Schellart, Atlas van de Nederlandse kastelen (Alphen a/d Rijn 1980) 220-Kooy, P., Slotkapellen in Drente en Overijssel (Delden 1993)-Michon, Y. (red), Nederland dichterbij: kastelen (Amsterdam, 1995) 40-41-Molen, S. J. van der & P. Vogt, Stinzen, borgen en havezaten van het Noordererf (Zutphen 1978) 71, 129-130-Oldenburger-Ebbers, C. S., De tuinengids van Nederland (Rotterdam 1989) 82-Roemeling, O. D. J., 'Enkele adellijke geslachten in Drenthe in de Middeleeuwen I', in: De Nederlandsche Leeuw 90 (1973) 238-298-Roemeling, O. D. J., 'Enkele adellijke geslachten in Drenthe in de Middeleeuwen II', in: De Nederlandsche Leeuw 94 (1977) 225-260-Roy van Zuydewijn, N. de, Met het oog op onderweg: een tocht in woord en beeld langs monumenten in Nederland (Amsterdam 1974) 24-Schellart, A. I. J. M., Slotkapellen in Nederland (Muiderberg 1984) 10, 20, 46-Steegh, A., Kleine monumentenatlas van Nederland (Zutphen 1976) nr. 104-Tromp, H. M. J., Kijk op kastelen (Amsterdam 1979) 110-Westra van Holthe, J., 'Havezathen in Drenthe', in: Bulletin van de Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond 10 (1957) 171-191, aldaar 179-Zandstra, E., Shell toergids langs burchten en buitens (z.p., z.j.) 50-Documentatie in de map 'Echten', bibliotheek NKS.
Documentatie
Bescherming gebouw
Status:
Status:
Bescherming terrein
Status:
Status:
Bestemming
Bestemmingsplan: J
Bestemming:
Bestemmingsplan: J
Bestemming:
Auteur en datum
Auteur: Saskia Roselaar
Beschrijving gemaakt: 17-4-2003
Auteur: Saskia Roselaar
Beschrijving gemaakt: 17-4-2003
Bouwhistorisch onderzoek RCE
Archeologisch onderzoek RCE
Overig onderzoek
Geomorfologische codering
Bodemkundige codering
Basisregistratie - er zijn in ieder geval gegevens over naam en locatie van het object, en verwijzingen naar de beschikbare afbeeldingen, literatuur, documentatie en bronnen. Aan de hand van deze informatie kan eenieder die geïnteresseerd is zich gaan verdiepen in het desbetreffende kasteel. Het is de bedoeling dat deze basisregistratie-beschrijvingen in de toekomst tot volwaardige beschrijvingen worden uitgebreid.
In bewerking - de beschrijvingen zijn veelal voorzien van meer uitgebreide informatie over de geschiedenis en bouwgeschiedenis van het kasteel. Deze beschrijvingen zijn echter nog niet door de wetenschappelijke redactie van het Kastelenlexicon gezien, of moeten nog bijgewerkt worden naar aanleiding van redactie-opmerkingen.
Volledig - deze beschrijvingen zijn door de redactie gezien en goedgekeurd.
In bewerking - de beschrijvingen zijn veelal voorzien van meer uitgebreide informatie over de geschiedenis en bouwgeschiedenis van het kasteel. Deze beschrijvingen zijn echter nog niet door de wetenschappelijke redactie van het Kastelenlexicon gezien, of moeten nog bijgewerkt worden naar aanleiding van redactie-opmerkingen.
Volledig - deze beschrijvingen zijn door de redactie gezien en goedgekeurd.