Wiersse, De
IN BEWERKING [?]
algemeen | omschrijving | bezits- en bouwgeschiedenis | afbeeldingen, literatuur en documentatie | verdere informatie | terug naar de lijst
Object
Wiersse, De
Wiersse, De
Locatie
Adres: Wiersserallee 9, 7251 LH
Kranenburg
Gemeente Gemeente Vorden
Provincie Gelderland
De Wiersse ligt ten oosten van Kranenburg.
Adres: Wiersserallee 9, 7251 LH
Kranenburg
Gemeente Gemeente Vorden
Provincie Gelderland
De Wiersse ligt ten oosten van Kranenburg.
Typologie
De plattegrond en typologie van de middeleeuwse Wiersse zijn onbekend.
De plattegrond en typologie van de middeleeuwse Wiersse zijn onbekend.
Etymologie
...
...
Huidige situatie
Laatst bijgewerkt: 26-11-2000
De Wiersse is een omgrachte voormalige havezate. Het huis heeft na 1925 geen grote veranderingen meer ondergaan. Het ligt in een uitgebreid park, waarvan de ontwikkeling vanaf de vroege achttiende eeuw kan worden gevolgd. In de nabijheid van het huis staat nog een koetshuis met dienstwoning uit ongeveer 1870. Ook staan er nog andere kleine gebouwen, die vrijwel allemaal rond 1925 zijn gebouwd. Daarvan maken onder meer kinderhuisjes en een tennishut deel uit.
Laatst bijgewerkt: 26-11-2000
De Wiersse is een omgrachte voormalige havezate. Het huis heeft na 1925 geen grote veranderingen meer ondergaan. Het ligt in een uitgebreid park, waarvan de ontwikkeling vanaf de vroege achttiende eeuw kan worden gevolgd. In de nabijheid van het huis staat nog een koetshuis met dienstwoning uit ongeveer 1870. Ook staan er nog andere kleine gebouwen, die vrijwel allemaal rond 1925 zijn gebouwd. Daarvan maken onder meer kinderhuisjes en een tennishut deel uit.
Toestand van het middeleeuwse kasteel
Zichtbaar:
Grondgebruik:
Het huidige Wiersse is een omgracht huis, dat kort na 1681 is gebouwd. Het is onduidelijk of het is gebouwd op de plaats van de oude, in verval geraakte, middeleeuwse voorganger.
Zichtbaar:
Grondgebruik:
Het huidige Wiersse is een omgracht huis, dat kort na 1681 is gebouwd. Het is onduidelijk of het is gebouwd op de plaats van de oude, in verval geraakte, middeleeuwse voorganger.
Afmetingen
De afmetingen van het middeleeuwse huis zijn onbekend. Ook de afmetingen van het huidige huis zijn mij niet bekend.
De afmetingen van het middeleeuwse huis zijn onbekend. Ook de afmetingen van het huidige huis zijn mij niet bekend.
Oudste vermelding
Datum: 9 mei 1288
Bron: Oorkonde (Sloet 1872-1876, nr. 1148).
'[...]in domum nostrum, quo vulgo vocatur Wedersche[...]'. De oudste vermelding stamt uit 9 mei 1288 (Sloet 1872-1876, nr. 1148). Op die dag verpachtte vrouwe Godelinde, abdis van het vrouwenklooster te Elten, aan heer Hendrik van Borculo een stuk akkerland. Zij bepaalde daarbij dat de pacht jaarlijks op haar huis, dat de 'Wedersche' genoemd wordt, moest worden overhandigd.
Datum: 9 mei 1288
Bron: Oorkonde (Sloet 1872-1876, nr. 1148).
'[...]in domum nostrum, quo vulgo vocatur Wedersche[...]'. De oudste vermelding stamt uit 9 mei 1288 (Sloet 1872-1876, nr. 1148). Op die dag verpachtte vrouwe Godelinde, abdis van het vrouwenklooster te Elten, aan heer Hendrik van Borculo een stuk akkerland. Zij bepaalde daarbij dat de pacht jaarlijks op haar huis, dat de 'Wedersche' genoemd wordt, moest worden overhandigd.
Bezitsgeschiedenis
In 1288 was de Wiersse in het bezit van de Abdis van het vrouwenklooster te Elten. Op 18 jaunari 1504 werd de Wiersse door middel van een boedelscheiding opgedeeld tussen de broers Hendrik van Hackfort en Berend van Hackfort. In 1411 beleende Jacob van Hackfort Johan van Vorden met een achtste deel van de Wiersse. In 1482 worden Gerrit van Vorden en zijn echtgenote Margrita van Leefdael genoemd als bezitters van een huis en hof in de Wiersse. Dit echtpaar laat hun bezit na aan hun kleindochter Maria van Vorden. Maria was de echtgenote van Robert van Walraven. Inmiddels had de zuster van Maria, Bernarda van Vorden, de 'halve Wierrsche'in bezit. Haar oudste zoon Rudolph zou dit erfdeel in 1600 overdragen aan de dochter van Maria van Vorden en Robert van Walraven, Anna van Walraven. De overgedragen halve Wiersse bestond uit 'die havesaadt, mullens und andere daertho behoerende guederen'. Onduidelijk is echter of deze zestiende-eeuwse havezate op dezelfde plaats stond als het huis van Gerrit van Vorden. Anna van Walraven was getrouwd met Rudolph van Raesvelt, waardoor de Wiersse overging in handen van dit geslacht. In 1636 werd Rogier van Bushof eigenaar van de Wiersse. Deze schoonzoon van Anna van Walraven had zich na een lange familiestrijd de bezittingen weten toe te eigenen. Rogier stierf rond 1642 en hierdoor kwam de Wiersse aan zij zwager, Rudolph van Walraven. Rudolph van Walraven stierf in 1658. Vervolgens was de Wiersse in bezit van de families Van Bushof, Ten Broeck, Valck , Van Heeckeren en de familie Van Pabst. In 1869 stond Willem van Pabst het huis af aan zijn zuster Jacoba Louisa en haar echtgenoot Julius Bernard graaf van Limburg Stirum. Hun dochter Aurelia Cornelia trouwde in 1893 met jonkheer Victor Eugène Louis de Stuers, de bekende voorvechter voor het behoud van cultureel erfgoed in de 19e en 20e eeuw. Hij kocht in datzelfde jaar de Wiersse van de erfgenamen van Aurelia's ouders. De kleinzoon van dit echtpaar, V.E. Gatacre, is de huidige eigenaar van de Wiersse.
In 1288 was de Wiersse in het bezit van de Abdis van het vrouwenklooster te Elten. Op 18 jaunari 1504 werd de Wiersse door middel van een boedelscheiding opgedeeld tussen de broers Hendrik van Hackfort en Berend van Hackfort. In 1411 beleende Jacob van Hackfort Johan van Vorden met een achtste deel van de Wiersse. In 1482 worden Gerrit van Vorden en zijn echtgenote Margrita van Leefdael genoemd als bezitters van een huis en hof in de Wiersse. Dit echtpaar laat hun bezit na aan hun kleindochter Maria van Vorden. Maria was de echtgenote van Robert van Walraven. Inmiddels had de zuster van Maria, Bernarda van Vorden, de 'halve Wierrsche'in bezit. Haar oudste zoon Rudolph zou dit erfdeel in 1600 overdragen aan de dochter van Maria van Vorden en Robert van Walraven, Anna van Walraven. De overgedragen halve Wiersse bestond uit 'die havesaadt, mullens und andere daertho behoerende guederen'. Onduidelijk is echter of deze zestiende-eeuwse havezate op dezelfde plaats stond als het huis van Gerrit van Vorden. Anna van Walraven was getrouwd met Rudolph van Raesvelt, waardoor de Wiersse overging in handen van dit geslacht. In 1636 werd Rogier van Bushof eigenaar van de Wiersse. Deze schoonzoon van Anna van Walraven had zich na een lange familiestrijd de bezittingen weten toe te eigenen. Rogier stierf rond 1642 en hierdoor kwam de Wiersse aan zij zwager, Rudolph van Walraven. Rudolph van Walraven stierf in 1658. Vervolgens was de Wiersse in bezit van de families Van Bushof, Ten Broeck, Valck , Van Heeckeren en de familie Van Pabst. In 1869 stond Willem van Pabst het huis af aan zijn zuster Jacoba Louisa en haar echtgenoot Julius Bernard graaf van Limburg Stirum. Hun dochter Aurelia Cornelia trouwde in 1893 met jonkheer Victor Eugène Louis de Stuers, de bekende voorvechter voor het behoud van cultureel erfgoed in de 19e en 20e eeuw. Hij kocht in datzelfde jaar de Wiersse van de erfgenamen van Aurelia's ouders. De kleinzoon van dit echtpaar, V.E. Gatacre, is de huidige eigenaar van de Wiersse.
Historische betekenis
...
...
Bouwgeschiedenis
Ontleend aan Scholte Lubberink 2004: De eerste vermelding van De Wiersse dateert uit 1288, wanneer op 9 mei van dat jaar vrouwe Godelinde (abdis van het adellijke vrouwenklooster te Elten) aan Hendrik, Heer van Borculo, een stuk akkerland verpacht. Zij bepaalt dat de pacht jaarlijks op haar huis, gewoonlijk de Wedersche genoemd, moet worden voldaan. Tot in de 16e eeuw is nog sprake van een relatie tussen klooster en het huis de Wiersse. Het is onduidelijk of het middeleeuwse huis op dezelfde plaats als huis uit de het 16e eeuw stond. Op de kadastrale minuut uit 1832 is ten oosten van het huidige huis een rond perceel zichtbaar. Dit perceel is tegenwoordig nog herkenbaar als een verhoging, eromheen liggen de restanten van een gracht die plaatselijk nog met water gevuld is. Het is mogelijk dat dit een spijkereiland was waarop de voorganger van het huis De Wiersse uit de 16e eeuw stond. Het is ook mogelijk dat dit ‘eiland’ bij de tuinaanleg in de 18e eeuw ontstaan is. Het eiland wordt namelijk alleen op de kadastrale minuut uit 1832 weergegeven. Op zowel oudere als jongere kaarten is het eiland niet terug te vinden. In 1600 is er sprake van een huis en een koren- en oliemolen aangedreven door de Baakse Beek. Op een kaart van Van Geelkerken uit mei 1651 staat het huis De Wiersse ten zuiden van de Baakse Beek afgebeeld en de watermolen noordoostelijk van het huis. Mogelijk is dit het van oorsprong middeleeuwse huis. Op een andere kaart van Van Geelkercken uit augustus 1651 is ten noorden van de Baakse Beek een langgerekt huis zichtbaar met twee trapgevels met enkele bijgebouwen dat is omgeven door een rechthoekige gracht. Aan de zuidoostzijde van het huis is een watermolen (korenmolen) aan de Baakse Beek afgebeeld. Nabij de watermolen ligt een brug over de Baakse Beek. Het is mogelijk dat het huis in 1651 van de zuidelijke oever van de Baakse Beek naar de noordelijke oever werd verplaatst. Aangezien het huis tegenwoordig aan de zuidzijde van de Baakse Beek ligt, is het waarschijnlijk dat het huis in 1651 niet is verplaatst. Mogelijk heeft Van Geelkercken zich bij het vervaardigen van zijn kaart in augustus 1651 in de ligging van het huis (ten noorden van de Baakste Beek) vergist. Gezien de korte tijdspanne (van mei tot augustus 1651) die tussen het vervaardigen van beide kaarten ligt, is het onwaarschijnlijk dat in deze periode het huis dan wel de beek verplaatst is. Bovendien komt de ligging van het huis en de watermolen op de Topografische kaart van de linie van de IJssel vanaf Arnhem tot de Zuiderzee uit 1783 overeen met de ligging volgens de kaart van Van Geelkercken uit mei 1651. Het is mogelijk dat men de Baakse Beek ter hoogte van de watermolen werd afgetakt (gesplitst) en via de grachten ten zuiden van het huis werd geleid. In 1681 liet Enno Matthias ten Broeck het vervallen huis, dat sinds 1678 in zijn bezit was, herbouwen en uitbreiden. In het huidige huis, dat grotendeels uit circa 1720 dateert, zijn nog de gewelfde kelders uit de 17e eeuw bewaard. Deze kelders vormen een overblijfsel van het door Van Geelkercken in 1651 getekende huis. In een verkoopadvertentie in de Oprechte Haarlemse Courant van 26 juli 1777 wordt het landgoed De Wiersse als volgt beschreven: ‘zynde een nieuw en modern gebouw, rondom met Engelsche schuifraamen, voorzien van elf zo boven- als beneeden kamers, en drie kabinetten, alle zeer proper behangen, ruime keuken, kelders, provisie kamers en verdere comoditeiten, met 2 bouwhuisen waarin stallinge voor 10 paarden,..; voorts ten wederzyden van het huis twee fraaije tuinen, beplant met de beste en fynste vruchtbomen; mitsgaders een wyduitgestrekte Plantagie van alleéës, star- en slinger bossen, waarin o.a. een fraaije steenen koepl, en verscheidene vischryke vyvers. En wyders .. moolen, boerenplaatsen enz...’. In 1912 werd het huis gerestaureerd en voorzien van meerruits-schuifvensters. Tijdens een tweede restauratie van het huis in de periode 1921-1925 werd het huis verlengd met twee traveeën en werd de voorgevel voorzien van een uitspringende entreepartij. De binnengracht, die oorspronkelijk het huis geheel omringde maar vóór 1833 aan de voorzijde (zuidzijde) werd gedempt, werd in de oude staat hersteld en overbrugd. Tussen 1869 en 1872 worden de beide bouwhuizen uit de 18e eeuw vervangen. In 1925 werden de beide in 1869 gebouwde bouwhuizen vervangen. Het nieuw gebouwde oostelijke bouwhuis met daarin de stallen werd in 1945 opgeblazen. Veel andere gebouwtjes op het landgoed, waaronder kinderhuisjes en een tennishut, dateren uit circa 1925. De watermolen bleef tot circa 1820 in bedrijf. Drie molenstenen bij de brug herinneren nog aan de oude (dubbele) watermolen. Op de kadastrale minuut uit 1832 is de in 1920 afgebroken molenaarswoning nog zichtbaar. Vóór het midden van de 18e eeuw werden ten oosten van het huis een formele tuin met beelden, ten westen van het huis een boomgaard en naast de beek 4 rechthoekige karpervijvers aangelegd. In de periode tussen het midden van de 18e eeuw en 1833 werd begonnen de tuinen in een meer landschappelijke aanleg om te vormen. De karpervijvers werden vergraven en voorzien van onregelmatige oevers; de tuin werd voorzien van slingerende paden. Tevens werden schiereilanden gemaakt en heuveltjes opgeworpen. Tussen 1910 en 1928 werd de formele tuin ten oosten van het huis veranderd in een moes- en bloementuin.
Ontleend aan Scholte Lubberink 2004: De eerste vermelding van De Wiersse dateert uit 1288, wanneer op 9 mei van dat jaar vrouwe Godelinde (abdis van het adellijke vrouwenklooster te Elten) aan Hendrik, Heer van Borculo, een stuk akkerland verpacht. Zij bepaalt dat de pacht jaarlijks op haar huis, gewoonlijk de Wedersche genoemd, moet worden voldaan. Tot in de 16e eeuw is nog sprake van een relatie tussen klooster en het huis de Wiersse. Het is onduidelijk of het middeleeuwse huis op dezelfde plaats als huis uit de het 16e eeuw stond. Op de kadastrale minuut uit 1832 is ten oosten van het huidige huis een rond perceel zichtbaar. Dit perceel is tegenwoordig nog herkenbaar als een verhoging, eromheen liggen de restanten van een gracht die plaatselijk nog met water gevuld is. Het is mogelijk dat dit een spijkereiland was waarop de voorganger van het huis De Wiersse uit de 16e eeuw stond. Het is ook mogelijk dat dit ‘eiland’ bij de tuinaanleg in de 18e eeuw ontstaan is. Het eiland wordt namelijk alleen op de kadastrale minuut uit 1832 weergegeven. Op zowel oudere als jongere kaarten is het eiland niet terug te vinden. In 1600 is er sprake van een huis en een koren- en oliemolen aangedreven door de Baakse Beek. Op een kaart van Van Geelkerken uit mei 1651 staat het huis De Wiersse ten zuiden van de Baakse Beek afgebeeld en de watermolen noordoostelijk van het huis. Mogelijk is dit het van oorsprong middeleeuwse huis. Op een andere kaart van Van Geelkercken uit augustus 1651 is ten noorden van de Baakse Beek een langgerekt huis zichtbaar met twee trapgevels met enkele bijgebouwen dat is omgeven door een rechthoekige gracht. Aan de zuidoostzijde van het huis is een watermolen (korenmolen) aan de Baakse Beek afgebeeld. Nabij de watermolen ligt een brug over de Baakse Beek. Het is mogelijk dat het huis in 1651 van de zuidelijke oever van de Baakse Beek naar de noordelijke oever werd verplaatst. Aangezien het huis tegenwoordig aan de zuidzijde van de Baakse Beek ligt, is het waarschijnlijk dat het huis in 1651 niet is verplaatst. Mogelijk heeft Van Geelkercken zich bij het vervaardigen van zijn kaart in augustus 1651 in de ligging van het huis (ten noorden van de Baakste Beek) vergist. Gezien de korte tijdspanne (van mei tot augustus 1651) die tussen het vervaardigen van beide kaarten ligt, is het onwaarschijnlijk dat in deze periode het huis dan wel de beek verplaatst is. Bovendien komt de ligging van het huis en de watermolen op de Topografische kaart van de linie van de IJssel vanaf Arnhem tot de Zuiderzee uit 1783 overeen met de ligging volgens de kaart van Van Geelkercken uit mei 1651. Het is mogelijk dat men de Baakse Beek ter hoogte van de watermolen werd afgetakt (gesplitst) en via de grachten ten zuiden van het huis werd geleid. In 1681 liet Enno Matthias ten Broeck het vervallen huis, dat sinds 1678 in zijn bezit was, herbouwen en uitbreiden. In het huidige huis, dat grotendeels uit circa 1720 dateert, zijn nog de gewelfde kelders uit de 17e eeuw bewaard. Deze kelders vormen een overblijfsel van het door Van Geelkercken in 1651 getekende huis. In een verkoopadvertentie in de Oprechte Haarlemse Courant van 26 juli 1777 wordt het landgoed De Wiersse als volgt beschreven: ‘zynde een nieuw en modern gebouw, rondom met Engelsche schuifraamen, voorzien van elf zo boven- als beneeden kamers, en drie kabinetten, alle zeer proper behangen, ruime keuken, kelders, provisie kamers en verdere comoditeiten, met 2 bouwhuisen waarin stallinge voor 10 paarden,..; voorts ten wederzyden van het huis twee fraaije tuinen, beplant met de beste en fynste vruchtbomen; mitsgaders een wyduitgestrekte Plantagie van alleéës, star- en slinger bossen, waarin o.a. een fraaije steenen koepl, en verscheidene vischryke vyvers. En wyders .. moolen, boerenplaatsen enz...’. In 1912 werd het huis gerestaureerd en voorzien van meerruits-schuifvensters. Tijdens een tweede restauratie van het huis in de periode 1921-1925 werd het huis verlengd met twee traveeën en werd de voorgevel voorzien van een uitspringende entreepartij. De binnengracht, die oorspronkelijk het huis geheel omringde maar vóór 1833 aan de voorzijde (zuidzijde) werd gedempt, werd in de oude staat hersteld en overbrugd. Tussen 1869 en 1872 worden de beide bouwhuizen uit de 18e eeuw vervangen. In 1925 werden de beide in 1869 gebouwde bouwhuizen vervangen. Het nieuw gebouwde oostelijke bouwhuis met daarin de stallen werd in 1945 opgeblazen. Veel andere gebouwtjes op het landgoed, waaronder kinderhuisjes en een tennishut, dateren uit circa 1925. De watermolen bleef tot circa 1820 in bedrijf. Drie molenstenen bij de brug herinneren nog aan de oude (dubbele) watermolen. Op de kadastrale minuut uit 1832 is de in 1920 afgebroken molenaarswoning nog zichtbaar. Vóór het midden van de 18e eeuw werden ten oosten van het huis een formele tuin met beelden, ten westen van het huis een boomgaard en naast de beek 4 rechthoekige karpervijvers aangelegd. In de periode tussen het midden van de 18e eeuw en 1833 werd begonnen de tuinen in een meer landschappelijke aanleg om te vormen. De karpervijvers werden vergraven en voorzien van onregelmatige oevers; de tuin werd voorzien van slingerende paden. Tevens werden schiereilanden gemaakt en heuveltjes opgeworpen. Tussen 1910 en 1928 werd de formele tuin ten oosten van het huis veranderd in een moes- en bloementuin.
Afbeeldingen
-De Wiersse in vogelvlucht. Kaart uit de zeventiende eeuw (Tengbergen, 1988, p. 79). -De Wiersse op een aquarel door J.J. Zuidema Broos uit 1862. Particuliere collectie Stichting Victor de Stuers (Tengbergen, 1988, p. 87).-De Wiersse in de negentiende eeuw. Foto uit de negentiende eeuw. Stichting Victor de Stuers (Tengbergen, 1988, p. 77).-De Wiersse in de jaren twintig van de twintigste eeuw. Foto op ansichtkaart (Tengbergen, 1988, p. 90).
-De Wiersse in vogelvlucht. Kaart uit de zeventiende eeuw (Tengbergen, 1988, p. 79). -De Wiersse op een aquarel door J.J. Zuidema Broos uit 1862. Particuliere collectie Stichting Victor de Stuers (Tengbergen, 1988, p. 87).-De Wiersse in de negentiende eeuw. Foto uit de negentiende eeuw. Stichting Victor de Stuers (Tengbergen, 1988, p. 77).-De Wiersse in de jaren twintig van de twintigste eeuw. Foto op ansichtkaart (Tengbergen, 1988, p. 90).
Bronnen
...
...
Literatuur
- Harenberg, J., 1969, De kastelen van Graafschap en Liemers. Zutphen, nr. 27.
- Ter Kuile, E.H., 1958, De Nederlandse monumenten van geschiedenis en kunst. Deel III. De provincie Gelderland. Tweede stuk: Het kwartier van Zutphen. 's- Gravenhage, 154-155.
Scholte Lubberink, H.B.G., 2004, Archeologisch kastelenproject WCL-De Graafschap, provincie Gelderland, Amsterdam, 213-218.
- Sloet, L.A.J.W., 1872-1876, Oorkondenboek der graafschappen Gelre en Zutfen, 's-Gravenhage, 1108, nr. 1148.
- Stenvert, R, C. Kolman, S. Broekhoven en B. Olde Meierink, 2000, Monumenten in Nederland. Gelderland. Zwolle, 215.
- Tengbergen, A., 1988, De acht kastelen van Vorden. Kleine monumentenreeks. Zutphen, 76-94.
- Harenberg, J., 1969, De kastelen van Graafschap en Liemers. Zutphen, nr. 27.
- Ter Kuile, E.H., 1958, De Nederlandse monumenten van geschiedenis en kunst. Deel III. De provincie Gelderland. Tweede stuk: Het kwartier van Zutphen. 's- Gravenhage, 154-155.
Scholte Lubberink, H.B.G., 2004, Archeologisch kastelenproject WCL-De Graafschap, provincie Gelderland, Amsterdam, 213-218.
- Sloet, L.A.J.W., 1872-1876, Oorkondenboek der graafschappen Gelre en Zutfen, 's-Gravenhage, 1108, nr. 1148.
- Stenvert, R, C. Kolman, S. Broekhoven en B. Olde Meierink, 2000, Monumenten in Nederland. Gelderland. Zwolle, 215.
- Tengbergen, A., 1988, De acht kastelen van Vorden. Kleine monumentenreeks. Zutphen, 76-94.
Documentatie
Coördinaten
Coordinaten: ,
Kaartblad: 34C , x: 224,75, y: 457,19, precisie 2
Coordinaten: ,
Kaartblad: 34C , x: 224,75, y: 457,19, precisie 2
Bescherming gebouw
Status:
Status:
Bescherming terrein
Status:
Status:
Bestemming
Bestemmingsplan:
Bestemming:
Bestemmingsplan:
Bestemming:
Auteur en datum
Auteur: Wendy Landewé
Beschrijving gemaakt: 27-11-2000
Auteur: Wendy Landewé
Beschrijving gemaakt: 27-11-2000
Bouwhistorisch onderzoek RCE
Archeologisch onderzoek RCE
Overig onderzoek
Geomorfologische codering
Bodemkundige codering
Basisregistratie - er zijn in ieder geval gegevens over naam en locatie van het object, en verwijzingen naar de beschikbare afbeeldingen, literatuur, documentatie en bronnen. Aan de hand van deze informatie kan eenieder die geïnteresseerd is zich gaan verdiepen in het desbetreffende kasteel. Het is de bedoeling dat deze basisregistratie-beschrijvingen in de toekomst tot volwaardige beschrijvingen worden uitgebreid.
In bewerking - de beschrijvingen zijn veelal voorzien van meer uitgebreide informatie over de geschiedenis en bouwgeschiedenis van het kasteel. Deze beschrijvingen zijn echter nog niet door de wetenschappelijke redactie van het Kastelenlexicon gezien, of moeten nog bijgewerkt worden naar aanleiding van redactie-opmerkingen.
Volledig - deze beschrijvingen zijn door de redactie gezien en goedgekeurd.
In bewerking - de beschrijvingen zijn veelal voorzien van meer uitgebreide informatie over de geschiedenis en bouwgeschiedenis van het kasteel. Deze beschrijvingen zijn echter nog niet door de wetenschappelijke redactie van het Kastelenlexicon gezien, of moeten nog bijgewerkt worden naar aanleiding van redactie-opmerkingen.
Volledig - deze beschrijvingen zijn door de redactie gezien en goedgekeurd.